Grote uitslag = hard geluid, kleine uitslag = zacht geluid (geluidsniveau in decibels - Db)
Slide 6 - Tekstslide
Trommelvlies
Buiten het oor en binnenin het oor is er lucht. De druk hoort gelijk te zijn (slikken/gapen).
Het trommelvlies wordt door geluiden aan het trillen gebracht: Hoog of laag en hard of zacht.
De gehoorbeentjes geven het door aan het slakkenhuis.
Slide 7 - Tekstslide
Trommelvlies Trommelholte
Gehoorbeentjes geven trillingen door
Slide 8 - Tekstslide
Slakkenhuis: Hier worden geluidstrillingen omgezet in impulsen door de gehoorzintuigcellen (lijkt op haartjes)
Slakkenhuis
= opgerold buis met vloeistofkanalen
Slide 9 - Tekstslide
hoge geluiden:
begin van het slakkenhuis
lage geluiden: eind van het slakkenhuis
Slide 10 - Tekstslide
Gehoorbereik
Mensen horen tussen de 20 en 20000 Hertz. Dit noem je de onderste- en bovenstegehoorgrens
Het gehoorbereik verschil per diersoort.
Als je ouder wordt slijten de haartjes van de zintuigcellen. Je hoort geen hoge tonen meer.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
geluidssterkte
geluid ontstaat door trilling van de lucht. Hoe sterker de trilling, hoe harder het geluid.
Gehoorbeschadiging kan ontstaan bij geluiden langdurig boven de 80 dB.
Trilhaartjes raken beschadigd, je wordt langzaam doof.
Slide 13 - Tekstslide
Trilhaartjes in het slakkenhuis bevatten geluids-zintuigcellen die geluids-prikkels omzet in impulsen door de gevoelszenuwen naar een bepaald gebied in de hersenen waarmee je hoort.
Trilhaartjes in het slakkenhuis
Slide 14 - Tekstslide
https:
Slide 15 - Link
Nog een zintuig? Ja! Het evenwichtsorgaan
De prikkel is bewegingen van je lichaam
Slide 16 - Tekstslide
Evenwichtsorgaan
Het evenwichtsorgaan bevat 3 halfcirkelvormige kanalen (met vocht).
De vloeistof stroomt als je je lichaam beweegt, afhankelijk van de richting.
De zintuigcellen veranderen deze prikkels in impulsen en gaan via gevoelszenuwen naar een bepaald gebied in je hersenen.
Hierdoor weet je hoe je je beweegt en zorgt ervoor dat je weet wat boven, onder, links en rechts is.
Lees de tekst op blz 76. voor de werking
Slide 17 - Tekstslide
gehoorgang
trommelvlies
gehoorbeentjes
evenwichtszintuig
slakkenhuis
buis van Eustachius
Slide 18 - Sleepvraag
Welk onderdeel zorgt ervoor dat de druk buiten je oor en binnen in je oor even groot is?
A
Trommelvlies
B
Slakkenhuis
C
Buis van Eustachius
D
Gehoorgang
Slide 19 - Quizvraag
Het slakkenhuis is gevuld met ... en zet ... in beweging
A
lucht - zintuighaartjes
B
vocht - zenuwcellen
C
vocht -zintuighaartjes
D
lucht - zenuwcellen
Slide 20 - Quizvraag
Het oor heeft als taak prikkels op te vangen. Wat is de adequate prikkel voor het oor?
A
licht
B
impuls
C
geluid
D
tikken
Slide 21 - Quizvraag
3. Wat is de prikkel voor je evenwichtszintuig?
A
Gewicht
B
Geluid
C
Licht
D
Bewegingen
Slide 22 - Quizvraag
In welk deel van het oor liggen de gehoorzintuigcellen?
A
trommelvlies
B
trommelholte
C
gehoorzenuw
D
slakkenhuis
Slide 23 - Quizvraag
Welke onderdelen vind je in het uitwendige oor?
A
oorschelp, gehoorgang en trommelvlies
B
oorschelp, gehoorgang en oorsmeerkliertjes
C
oorschelp en oorsmeerkliertjes
D
oorschelp en gehoorgang
Slide 24 - Quizvraag
Waar in het oor worden impulsen gemaakt?
A
in de oorschelp
B
in het trommelvlies
C
in het slakkenhuis
D
in de gehoorszenuw
Slide 25 - Quizvraag
1
2
3
4
Geluidsprikkels komen aan bij de oren
Zintuigcellen in het oor veranderen prikkels in impulsen