criminaliteit

criminaliteit
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

criminaliteit

Slide 1 - Tekstslide

en dan nu de vragen ............

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Bij welke theorie past de situatie uit het krantenbericht het beste?
A
etiketteringstheorie
B
persoonlijkheidstheorie
C
aangeleerd-gedragtheorie
D
bindingstheorie

Slide 4 - Quizvraag

situatie:
Rogier ziet na een avondje stappen een fiets onafgesloten staan. Hij ziet dat  niemand kijkt en rijdt op die fiets weg. Vlak bij zijn huis gooit hij hem in de bosjes.

Slide 5 - Tekstslide

Welke theorie past het best bij de situatie van Rogier?
A
gelegenheidstheorie
B
persoonlijkheidstheorie
C
aangeleerd-gedragtheorie
D
biologische theorie

Slide 6 - Quizvraag

situatie
Na vele ruzies hebben vrienden en familie het contact met Michel verbroken. Als ook zijn vrouw van hem wil scheiden, belandt Michel in de financiële problemen. Hij vergrijpt zich aan de drank en breekt bij mensen in om aan geld te komen.

Slide 7 - Tekstslide

Welke theorie past het beste bij de situatie van Michel?
A
bindingstheorie
B
persoonlijkheidstheorie
C
aangeleerd-gedrag theorie
D
biologische theorie

Slide 8 - Quizvraag

situatie
Vincent heeft van nature een lage hartslag. Als hij na de vernieling van een bushokje door de politie wordt gehoord, blijkt dat hij weinig angst heeft om tijdens een daad te worden gepakt.

Slide 9 - Tekstslide

Welke theorie past het best bij de situatie van Vincent?
A
gelegenheidstheorie
B
persoonlijkheidstheorie
C
aangeleerd-gedragtheorie
D
biologische theorie

Slide 10 - Quizvraag

situatie
Mirthe groeit op in een achterstandswijk waar veel criminaliteit heerst. Haar vader komt ook regelmatig in aanraking met de politie. Op haar 16e wordt ze voor het eerst opgepakt voor winkeldiefstal.

Slide 11 - Tekstslide

Welke theorie past het best bij de situatie van Mirthe?
A
persoonlijkheidstheorie
B
bindingstheorie
C
aangeleerd-gedragtheorie
D
etiketteringstheorie

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

 de vragen ............

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

mag de politie het schuurtje van opa onderzoeken?
A
ja, je moet de politie altijd binnen laten
B
nee, als opa het niet wil, mag de politie dat niet
C
ja, als ze denken dat er gevaar voor mensen is
D
ja, maar alleen met huiszoekingsbevel

Slide 18 - Quizvraag

wat is onjuist?
A
Halt = Het Alternatief
B
als je verdachte bent
C
Halt straffen zijn voor jongeren tussen 12 & 18
D
Haltstraf = leer- werkopdracht

Slide 19 - Quizvraag

Samenvatting (sleep naar de juiste plek)
Het opsporen van criminelen is een belangrijke taak van de politie. De politie mag daarom een verdachte                               en arresteren. Ze mogen ook met een huiszoekingsbevel zoeken naar                       . Als de politie klaar is met het onderzoek, schrijven ze een                               . De officier van justitie leest dit rapport en kan besluiten om de                      vrij te laten, een boete te geven of naar de                  te sturen.
fouilleren
rechter
proces-verbaal
bewijzen
verdachte

Slide 20 - Sleepvraag