Week 2

Week 2: verzuiling en de sociale kwestie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Week 2: verzuiling en de sociale kwestie

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Lesdoelen
Verzuiling
Sociale kwestie
Zelf aan het werk
Check lesdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les...
  • kun je in eigen woorden uitleggen wat de sociale kwestie inhoudt
  • kun je uitleggen wat verzuiling is en waarom dit gebeurde
  • kun je vertellen welke invloed de industriële revolutie heeft gehad op de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders

Slide 3 - Tekstslide

Verzuiling

Slide 4 - Tekstslide

Verzuiling
Een maatschappij waarin iedereen 'in zijn eigen bubbel' leeft
  • Katholieken
  • Protestanten
  • Socialisten
  • Liberalen
  • Deze gingen niet (of weinig) met elkaar om

Slide 5 - Tekstslide

Wat ging eraan vooraf?
1919: Algemeen kiesrecht wordt ingevoerd
  • Mannen en vrouwen (25 jaar of ouder) mogen stemmen in de politiek

Iedereen maakte zich hard voor de eigen partij
  • Zo ontstonden de politieke stromingen (liberaal, sociaal, katholiek, protestants)
  • Mensen begonnen zich in grote groepen te verenigen -> verzuiling

Slide 6 - Tekstslide

Waarom ontstaan politieke partijen?
  • Katholieken voelen zich achtergesteld. Zij strijden voor emancipatie: gelijke rechten als protestanten
  • Socialisten willen de sociaal zwakkeren helpen
  • Protestanten: tegen de ideeën van de liberalen (of katholieken)

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat/wie?
Socialisten /sociaal-democraten
Protestanten
Rooms-Katholieken
Liberalen
Rol overheid
Beschermen van de armen
Actief
"Goede christenen helpen elkaar"
Passief
"Goede christenen helpen elkaar"
Passief
Nachtwakersstaat
Passief
Progressief of conservatief
Progressief (voor verandering)
Progressief
Conservatief
Conservatief
(behoudend)
Links of rechts
Links
Centrum
Centrum
Rechts
Oorsprong van ideeën
Karl Marx - Das Kapital
Bijbel (Joods-christelijke traditie)
Bijbel (Joods-christelijke traditie)
Paus
Adam Smith - Wealth of Nations
Partij (toen)
SDAP: Sociaal Democratische Arbeiders Partij
ARP: Anti Revolutionaire Partij (eerste partij van Nederland)
RKSP: Rooms Katholieke Staatspartij
Liberale Unie

Slide 9 - Tekstslide

De Katholieke geitenfokkerij

Slide 10 - Tekstslide

De sociale kwestie

Slide 11 - Tekstslide

Het 'arbeidersvraagstuk'
Want hebben arbeiders eigenlijk recht op goede leefomstandigheden?
Het debat over:
  • Slechte woon- en werkomstandigheden (onveilig en onhygiënisch)
  • Kinderarbeid
  • Hongerlonen
  • Werkloosheid

Slide 12 - Tekstslide

Het vraagstuk
1860: 500.000 kinderen werkten in fabrieken
  • Bevolking van Nederland: net 5.000.000
Ca: 1860: onderzoeken door de overheid tonen aan dat de werkomstandigheden onveilig zijn
  • Er komt een tegengeluid
  • Liberale regeringen die tegen kinderarbeid waren (o.a Samuel van Houten: Kinderwetje van Van Houten)

Slide 13 - Tekstslide

Belangrijke personen op een rijtje:
  • Samuel van Houten: 1874 voerde hij de Kinderwet in. Kinderen onder de 12 jaar mogen niet werken
  • Ferdinand Domela Nieuwenhuis: was predikant, maar nam hier afstand van om de mensen te helpen.  Van dominee tot anarchist. Sociaal-Democratische Bond
  • Pieter Jelles Troelstra: SDAP: de arbeiders moesten beschermd worden tegen kapitalisme

Slide 14 - Tekstslide

De Spoorwegstaking
1889: er is een nieuwe arbeiderswet:
  • Vrouwen en kinderen mogen max. 11u werken
  • Op zondag werken werd verboden
Spoorwegstaking: F.D.N was het hier niet mee eens en er brak een grote staking uit. De arbeiders zagen wat voor macht ze hadden
1911: vernieuwing van de wet
  • Kinderen van 12 jaar mogen max 10 uur werken (evenals mannen en dan 6 dagen in de week)

Slide 15 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat?
In opstand:
Kijken en vragen beantwoorden: Beantwoord de vragen ovr de kinderarbeid

Liberalisme, socialisme en nationalisme:
- Lezen: Welke politieke stromingen ontstonden er in de negentiende eeuw?
- Maken: Koppel de afbeeldingen aan de juiste politieke stromingen
Hoe?
Alleen of samen; doe wat je prettig vindt. Als je het maar begrijpt en kunt uitleggen
Hoe lang?
20 minuten
En dan?
Eerder klaar? Werk dan verder aan:
In opstand:
- Lezen: Wat hield de sociale kwestie in?

Slide 16 - Tekstslide

Check lesdoelen

Slide 17 - Tekstslide

Welke politieke partij hoort er niet bij?
A
Partij van de Arbeid
B
Socialistische Partij
C
Sociaal Democratische Arbeiderspartij

Slide 18 - Quizvraag

Welke 2 christelijke stromingen heb je binnen de Nederlandse politiek in de 19e eeuw?

Slide 19 - Open vraag

Wat was de eerste politieke partij van Nederland?
A
De Sociaal Democratische Arbeiderspartij
B
De Rooms Katholieke Staatspartij
C
De Antirevolutionaire Partij
D
De Liberale Unie

Slide 20 - Quizvraag

Welke invloed heeft de industriële revolutie gehad op de werkomstandigheden van de arbeiders?

Slide 21 - Open vraag

Wat is verzuiling en hoe is dit ontstaan?

Slide 22 - Open vraag