1.2 Hoe word je beïnvloed?

1.2 Hoe word je beïnvloed? 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.2 Hoe word je beïnvloed? 

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van de
vorige les over "welvaart" en "behoeften"

Slide 2 - Woordweb

Welk van deze goederen is niet schaars?
A
Zonlicht
B
Licht van een lamp
C
Water
D
Smartphone

Slide 3 - Quizvraag

Omschrijf het begrip welvaart in je eigen woorden.

Slide 4 - Open vraag

Prioriteiten stellen betekent? ..........................

Slide 5 - Open vraag

in Economie is iets schaars als ..........................

Slide 6 - Open vraag


Een ander woord voor basisbehoeften is...
A
Secundaire behoeften
B
Luxe behoeften
C
Zelfvoorziening
D
Primaire behoeften

Slide 7 - Quizvraag

Leerdoelen
1.2
Aan het einde van deze les weet je...

... hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen
... welke verschillende soorten reclame je kunt onderscheiden
... dat bedrijven zich bij de verkoop op bepaalde groepen richten
... wat voor merken er zijn
...hoe je een percentage kunt berekenen

Slide 8 - Tekstslide

Wat wordt beïnvloed?
Koopgedrag
  • Wat je koopt
  • Hoeveel je er aan uitgeeft
  • Waar je iets koopt
  • Wel of geen merken

Slide 9 - Tekstslide

Beïnvloeding
  • Commerciële beïnvloeding --> door bedrijven 
  • Sociale beïnvloeding --> door bekenden

Slide 10 - Tekstslide

Marketing=
Alles wat bedrijven doen om hun product meer te verkopen. 

Reclame
Mooie verpakking
Inrichting van de winkel

Slide 11 - Tekstslide

Bedenk eens een voorbeeld!
Waar zie jij marketing allemaal voorbij komen?

Slide 12 - Tekstslide

Marketinginstrumenten
Ook wel 6 p's

Slide 13 - Tekstslide

Marketing
  • Marketing (market-getting) = Markt verkrijgen oftewel markt veroveren. Dus: Alles wat een bedrijf doet om meer te verkopen!
  • Er zijn 6 instrumenten ("onderdelen") die een bedrijf gebruikt bij hun Marketing. Samen noem je die 6 instrumenten dat de Marketing-mix --> "de 6 P's"

Slide 14 - Tekstslide

Marketing-mix

Slide 15 - Tekstslide

Marketingmix: de 6P's

Slide 16 - Tekstslide

Marketingcampagne
Probeer eens een product te bedenken dat je op de markt wil brengen met een klasgenoot
  • Product: Wat is het product? Wat zijn de unieke kenmerken? (is het misschien ook een oplossing voor een probleem van mensen??)
  • Prijs: Hoeveel gaat het kosten? Waarom deze prijs?
  • Plaats: Waar gaan ze het product verkopen? (fysieke winkel, online, etc.)
  • Promotie: Welke reclame gaan ze maken en voor welke doelgroep? (bijv. een slogan bedenken, een type reclame kiezen zoals een tv-spot, social media campagne, etc.)
  • Kan je nog wat doen met de andere P's?

Slide 17 - Tekstslide

Doelgroep

Groep consumenten waarop een bedrijf zich richt met hun product  en (reclame)boodschap. 

Bedrijven stemmen hun marketingmix af op de doelgroep. 

Slide 18 - Tekstslide

Jongeren als doelgroep

Jongeren vormen voor bedrijven een interessante doelgroep, omdat:
  • Zij hebben relatief veel geld vrij te besteden
  • Zij oefenen invloed uit op de aankopen bij hen thuis
  • "Eens een klant, altijd een klant!"

Slide 19 - Tekstslide

Commerciële reclame= Om (meer) winst te maken
  • Informatieve reclame (info over eigenschappen)
  • Merkreclame (bekendheid verbeteren)

Ideële reclame= Niet om winst te maken maar om bepaald gedrag te beïnvloeden.

Slide 20 - Tekstslide

Merken
A-merk
bekend/ kwaliteit
B-merk
(goedkoper)
Huismerk: alleen 
in eigen winkel

Slide 21 - Tekstslide

Percentage berekenen
Rekenen met procenten
Zie %-les apart in Lessonup!!!!!!!

Slide 22 - Tekstslide

%voorbeeld

Je koopt een tas van normaal gesproken €75. Je krijgt €30 korting. Hoeveel procent is dat? 

                      




korting= 30 
30 v/d75
30/75= 0,40
= 40%

Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen controlen

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
1.2
Aan het einde van deze les weet je...

... hoe bedrijven proberen je meer te laten kopen
... welke verschillende soorten reclame je kunt onderscheiden
... dat bedrijven zich bij de verkoop op bepaalde groepen richten
... wat voor merken er zijn
...hoe je een percentage kunt berekenen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Commerciële reclame kun je opdelen in:
A
Merkreclame en informatieve reclame
B
Ideële reclame en merkreclame
C
Merkreclame en sociale beïnvloeding
D
Ideële reclame en sociale beïnvloeding

Slide 27 - Quizvraag

Bedrijven richten zich met name op de doelgroep jongeren. Welke van onderstaande redenen dat jongeren zo interessant voor bedrijven zijn is niet juist.
A
Hebben geld vrij te besteden
B
Makkelijk over te halen
C
Blijven vaak trouw aan een merk of bedrijf
D
Houden van lekker eten

Slide 28 - Quizvraag

Wat is een DOELGROEP?
A
Een groep consumenten met een goed doel.
B
Een groep consumenten die een doel in hun leven zoeken.
C
Een groep consumenten waarop de ondernemer zich richt.

Slide 29 - Quizvraag

Welk product is geen voorbeeld van een merkreclame?
A
coca cola
B
nutella
C
chocomel
D
suiker

Slide 30 - Quizvraag

Wat is ideële reclame?
A
Reclame om naamsbekendheid
B
Reclame om meer omzet te maken
C
Reclame om winst te maken
D
Reclame om mensen aan het denken te zetten

Slide 31 - Quizvraag

Is dit een commerciële of
ideële reclame?
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?
A
commerciële reclame
B
ideële reclame

Slide 32 - Quizvraag

Welke reclame is ideële reclame?
A
B
C
D

Slide 33 - Quizvraag

Plak hier foto's van jouw schrift: gemaakte opgaven (en notities?) van Par 1.1 en 1.2 (naam boven elke blz!)

Slide 34 - Open vraag