Microscopie

Begintaak
Zoek de onderdelen van de microscoop op in je boek
Noteer de naam van elk onderdeel
Begintaak
Zoek de onderdelen van de microscoop
 op in je boek
Noteer de naam van elk onderdeel
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Begintaak
Zoek de onderdelen van de microscoop op in je boek
Noteer de naam van elk onderdeel
Begintaak
Zoek de onderdelen van de microscoop
 op in je boek
Noteer de naam van elk onderdeel

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Microscopie
Lesdoelen:
Je kunt alle onderdelen van een microscoop benoemen

Je kunt een preparaat scherpstellen bij 400 x vergroting, volgens de juiste stappen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Werken met de microscoop
Docent: 
geeft de juiste instructies

Leerling:
werk in tweetallen
bekijk het preparaat "de letter P"
zorg voor een scherpbeeld bij 400 x vergroting

Slide 6 - Tekstslide

Extra filmpje over de microscoop

Slide 7 - Tekstslide

Scherpstellen
1. Tubus omlaag draaien (met de grove stelschroef).
2. Klem het preparaat op de tafel vast.
3. Draai het kleinste objectief (rood) recht naar beneden.
Kijk door het oculair en stel scherp met de grote schroef.
Afstellen met de fijne stelschroef --> (10 x 4 = 40 keer vergroting). 
4. Draai het middelste objectief (geel) recht naar beneden.
Kijk door het oculair en stel scherp met de grove stelschroef
Afstellen met de fijne stelschroef --> (10 x 10 = 100 keer vergroting).
5. Draai het grootste objectief (blauw) recht naar beneden.
Kijk door het oculair en stel scherp met alleen de fijne stelschroef. (10 x 40 = 400 keer vergroting).
Bekijk het preparaat 

Slide 8 - Tekstslide

Begintaak
Vul de onderdelen van de microscoop in op het stencil
Helemaal zelf invullen (diagnostische toets)

KLAAR?
Lees BS 3 --> preparaat maken en scherpstellen
Practicum: Wangslijmvliescellen

Slide 9 - Tekstslide

Wat heeft een plantaardige cel WEL
wat een dierlijke cel NIET heeft?
A
celkern
B
cytoplasma
C
celmembraan
D
bladgroenkorrels

Slide 10 - Quizvraag

Wat heeft een plantaardige cel WEL
wat een dierlijke cel NIET heeft?
A
mitochondrium
B
celwand
C
ribosomen
D
celmembraan

Slide 11 - Quizvraag

Wat heeft een plantaardige cel WEL
wat een dierlijke cel NIET heeft?
A
grote vacuole
B
kernmembraan
C
chromosomen
D
kernplasma

Slide 12 - Quizvraag

Preparaat maken
Wangslijmvlies-cellen
  1. Schraap met de scherpe achterkant van een plastic roerstaafje langs de 
binnenkant van je wang (niet te hard schrapen).

2. Smeer het vocht met wangslijmvliescellen een beetje uit op een voorwerpglaasje 
(in het midden).

3. Doe een druppel jood-oplossing op het vocht met wangslijmvliescellen.

4. Plaats een dekglaasje loodrecht op het voorwerpglas en tegen 
de druppel jood-oplossing aan.

5. Laat het dekglaasje met behulp van de prepareernaald 
voorzichtig zakken over je wangslijmvliescellen heen.

6. Haal eventueel het te veel aan vocht naast je preparaat weg.


Slide 13 - Tekstslide

Scherpstellen Wangslijmvlies
1. Tubus omlaag draaien (met de grove stelschroef)
2. Klem het preparaat op de tafel vast
3. Scherpstellen met het kleinste objectief (rood)
(10 x 4 = 40 keer vergroting) 
4. Scherpstellen met het middelste objectief (geel)
(10 x 10 = 100 keer vergroting)
5. Scherpstellen met het grootste objectief (blauw)
Gebruik alleen de fijne stelschroef
(10 x 40 = 400 keer vergroting)

Maak een natuurgetrouwe tekening van 1 wangslijmvlies-cel en benoem de onderdelen

Slide 14 - Tekstslide

Preparaat maken
Uivlies-cellen
  1. Snijd een stukje uirok af
  2. Haal met een pincet het vliesje van de uirok af
  3. Leg het vliesje neer in het midden van het voorwerpglaasje (niet dubbelvouwen)
3. Doe een druppel jood-oplossing op het vliesje
4. Plaats een dekglaasje loodrecht op het voorwerpglas en tegen de druppel jood-oplossing aan
5. Laat het dekglaasje met behulp van de prepareernaald voorzichtig zakken over je uivlies heen 
6. Haal het te veel aan vocht buiten het dekglaasje weg


Slide 15 - Tekstslide

Microscopie
Extra toevoeging:

Teken heel dunne celwanden

Kijk goed naar de ligging van de cellen ten opzichte van elkaar

Denk goed om de tekenregels

Slide 16 - Tekstslide

Microscopische tekening
Groot tekenen
Niet schetsen
Met potlood schrijven/tekenen
Horizontale lijnen
Nummers op volgorde
Celmembraan/celwanden heel dun tekenen 

Slide 17 - Tekstslide

Scherpstellen Uivliescellen
1. Tubus omlaag draaien (met de grove stelschroef)
2. Klem het preparaat op de tafel vast
3. Scherpstellen met het kleinste objectief (rood)
(10 x 4 = 40 keer vergroting) 
4. Scherpstellen met het middelste objectief (geel)
(10 x 10 = 100 keer vergroting)
5. Scherpstellen met het grootste objectief (blauw)
Gebruik alleen de fijne stelschroef
(10 x 40 = 400 keer vergroting)
Maak een natuurgetrouwe tekening van 3 uivliescellen aan elkaar en
benoem de onderdelen

Slide 18 - Tekstslide