Blok 7, grammatica

Blok 7, grammatica
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Blok 7, grammatica

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 2 - Tekstslide

Een bijvoeglijk naamwoord:
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.

Voorbeeld:
De lieve jongen
De rode fiets 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een voegwoord?

Slide 4 - Tekstslide

Een voegwoord:
Een voegwoord maakt twee zinnen aan elkaar vast.

Voorbeeld:
Het is koud en het sneeuwt.
Het is koud, omdat het sneeuwt.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een hulpwerkwoord?

Slide 6 - Tekstslide

Een hulpwerkwoord:
Het hulpwerkwoord staat samen met een ander werkwoord in de zin. 

Voorbeeld:
Wout heeft zijn boek gelezen.
Het boek wordt door Wout gelezen.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?

Heb jij weleens een bezoekje aan de bloeiende bollenvelden gebracht of vind je daar niets aan?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het voegwoord in deze zin?

Heb jij weleens een bezoekje aan de bloeiende bollenvelden gebracht of vind je daar niets aan?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het hulpwerkwoord in deze zin?

Heb jij weleens een bezoekje aan de bloeiende bollenvelden gebracht of vind je daar niets aan?

Slide 10 - Open vraag

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?

Ik heb altijd meer van gele tulpen gehouden, hoewel ik rode rozen ook mooi vind.

Slide 11 - Open vraag

Wat is het voegwoord in deze zin?

Ik heb altijd meer van gele tulpen gehouden, hoewel ik rode rozen ook mooi vind.

Slide 12 - Open vraag

Wat is het hulpwerkwoord in deze zin?

Ik heb altijd meer van gele tulpen gehouden, hoewel ik rode rozen ook mooi vind.

Slide 13 - Open vraag