Les 3 - Blok 1 Spelling: voltooid deelwoord

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
- Lesdoel: wat leren we vandaag?
- Korte checkopdracht spelling persoonsvorm
- Voorkennis ophalen: wat weet je al over het voltooid deelwoord
- Uitleg blok 5 Spelling: voltooid deelwoord
- Zelfstandig werken/verlengde instructie 
- Antwoorden bespreken
- Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les...
✓ kan ik het voltooid deelwoord correct spellen



Slide 3 - Tekstslide

Welke zin(nen) bevat een voltooid deelwoord (vdw)
Wij gaan lopend naar school
De kinderen hebben gegeten
Ik heb vannacht geslapen

Slide 4 - Tekstslide

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij bediend
B
hij bedient

Slide 5 - Quizvraag

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij zwaait
B
hij zwaaid

Slide 6 - Quizvraag

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
A
hij vindt
B
hij vind

Slide 7 - Quizvraag

Persoonsvorm verleden tijd
A
Gisteren begeleiden zij de vrouw naar huis.
B
Gisteren begeleidden zij de vrouw naar huis gisteren.

Slide 8 - Quizvraag

Persoonsvorm verleden tijd
A
Vorig jaar verhuisden we naar de Reeshof.
B
Vorig jaar verhuisten we naar de Reeshof.

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd?
Ik ______________ (bestellen)
A
bestelde
B
besteldde

Slide 10 - Quizvraag

Welke zin(nen) bevat een voltooid deelwoord (vdw)
Wij gaan lopend naar school
De kinderen hebben gegeten
Ik heb vannacht geslapen

Slide 11 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
- Het voltooid deelwoord geeft aan dat iets is afgelopen 
   (voltooid).

- In een zin met een voltooid deelwoord staat altijd een vorm 
   van hebben, worden of zijn.

- Het voltooid deelwoord begint vaak met ge-, be- of ver-.

Slide 12 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
=> Voltooid deelwoord herken je aan:
         

Slide 13 - Tekstslide

Hoe spel je een voltooid deelwoord?
Stap 1: Bekijk of het een sterk of een zwak werkwoord is

Stap 2: Sterk werkwoord -> eindigt meestal op -en (uit je hoofd leren)

Stap 3: Zwak werkwoord -> eindigt op een t of een d (X 'T Kofschip)

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeldzin (samen)
(douchen) De baby heeft voor het eerst ..... in de ochtend 

(rijden) De bus is ons voorbij .....

(dansen) Gisteravond hebben we .... op mijn oma's feestje

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeldzin (samen)
De baby heeft voor het eerst gedoucht in de ochtend 

De bus is ons voorbij gereden

Gisteravond hebben we gedanst op mijn oma's feestje

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Zoek de zin met het voltooid deelwoord.
A
Naomi heeft dat mooie schilderij zelf geschilderd.
B
Jean verft zijn huis.
C
Van Gogh schilderde veel in Frankrijk.
D
Zij houdt van mij.

Slide 18 - Quizvraag

Voltooid deelwoord
A
Het hout is opgebrandt.
B
Het hout is opgebrand.

Slide 19 - Quizvraag

Voltooid deelwoord
A
Hij heeft gestund
B
Hij heeft gestundt
C
Hij heeft gestunt
D
Hij heeft gestuntt

Slide 20 - Quizvraag

Voltooid deelwoord
A
Zij heeft beloofd
B
Zij heeft belooft
C
Zij heeft beloofdt
D
Zij heeft beloovt

Slide 21 - Quizvraag

Zelfstandig werken / verlengde instructie 
Wat
Blok 5 Spelling
Blz. 181 - opdr. 1
Blz. 183 - opdr. 8
Blz. 184 - opdr. 9

Hoe
Boek
Hulp
Zelfstandig / verlengde instructie (bij mij) 
Tijd
10 minuten
Klaar?
Huiswerk controleren
timer
10:00

Slide 22 - Tekstslide

Afsluiting: rondvraag
Aan het einde van de les...
kan ik het voltooid deelwoord correct spellen



Slide 23 - Tekstslide