Spelling 2.3 A



Spelling 2.3 A

1 Planning en agenda
2 Presentaties
3 Hele lange quiz

















m.marinus@singelland.nl


4 2.3 A samen beginnen
5 Zelfstandig werken
6 Afsluiten met Plenda!


Welkom!
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les



Spelling 2.3 A

1 Planning en agenda
2 Presentaties
3 Hele lange quiz

















m.marinus@singelland.nl


4 2.3 A samen beginnen
5 Zelfstandig werken
6 Afsluiten met Plenda!


Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

Boekenpresentatie:

Vrijwilligers?

Slide 2 - Tekstslide

stillezen

timer
7:00

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn splitsbare werkwoorden?
A
Werkwoorden die twee betekenissen hebben.
B
Werkwoorden die je in tweeën kunt delen
C
Woorden die twee keer opgeschreven worden.
D
Werkwoorden die niet goed opgeschreven zijn.

Slide 4 - Quizvraag

Welk werkwoord kan je opsplitsen (en is dus een splitsbaar werkwoord)?
A
Verblijven
B
Nakijken
C
Voetballen
D
Tekenen

Slide 5 - Quizvraag

Welk WW is een splitsbaar werkwoord?
A
Schieten
B
Uitnodigen
C
Voetballen
D
Praten

Slide 6 - Quizvraag

Een voorbeeld van een splitsbaar werkwoord is
A
opmaken
B
maken
C
openen
D
opperen

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is GEEN splitsbaar werkwoord?
A
overhalen
B
omarmen
C
stilstaan
D
hulpverlenen

Slide 8 - Quizvraag

een splitsbaar werkwoord heet bij ontleden in zinsdelen...
A
de titel
B
het onderwerp
C
een sterk werkwoord
D
het gezegde

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn lidwoorden?
A
geven, fietsen, lopen
B
de, het en een
C
Hij, zij, De hond

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen lidwoord?
A
De
B
Het
C
Een
D
Mijn

Slide 11 - Quizvraag



Wat is een zelfstandig naamwoord?
A
een naam
B
zelfde als 'de, het, een'
C
mens, dier, plant of ding
D
Wie of wat

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een zelfstandig naamwoord
A
Vertrekken
B
Koerier
C
Geweldig
D
Manager

Slide 13 - Quizvraag

zelfstandig naamwoord?
A
Jan
B
in
C
de
D
mooie

Slide 14 - Quizvraag

Wat een zelfstandig naamwoord?
A
met
B
sprong
C
startblok
D
drie

Slide 15 - Quizvraag

Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?
A
paard
B
school
C
liefde
D
mooi

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Link

Aan de slag!

Maak de vragen van grammatica 2.3 A
Vooruit werken?
Lees verder in je boek

Iets anders? Zoek een interessant nieuwsitem en zorg dat je er iets over kunt vertellen.


  • Overleggen mag (op fluistertoon).
  • Heb je een vraag, hand omhoog!
  • Ik maak rondjes door de klas en kijk ook via learnbeat/cloudwise met jullie mee.
timer
20:00

Slide 18 - Tekstslide

Agenda - Plenda
Huiswerk:
Maak de vragen van spelling 2.3 A




Slide 19 - Tekstslide