4.3 steden in de wereld

Steden in de wereld
Blz. 134
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Steden in de wereld
Blz. 134

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Individueel 2 minuutjes
Introductie
Je hebt de vorige les geleerd dat de steden steeds belangrijker werden.

Voor de boeren en de ambachtslieden werd de stad en marktplaats.

Nog steeds groeien de steden en komen er gebouwen en huizen bij. 

Deze paragraaf gaat over de groei van onze tijd!
Introductie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stad
Meer dan 10.000 inwoners

1. veel gebouwen
2. veel verkeer
3. veel mensen die dichtbij elkaar wonen
4. veel verbindingen(infrastructuur)
bijv: wegen, spoorwegen, vliegvelden, kabels en buizen.
5. veel voorzieningen
bijv: winkels, bioscopen, restaurants, scholen, ziekenhuis.

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn voorbeelden van voorzieningen?
Diensten waar mensen gebruik van maken. 
Voorbeelden van maatschappelijke voorzieningen zijn openbare voorzieningen als onderwijs, gezondheidszorg en kinderopvang, en bijzondere voorzieningen als bibliotheken, gesubsidieerde musea, lokale media of media met een bijzondere doelgroep, zwembaden en sporthallen.

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dorp
Minder dan 10.000 inwoners

1. weinig gebouwen
2. weinig verkeer
3. weinig mensen
4. weinig verbindingen
5. weinig voorzieningen

Heeft vaak alleen een bakker, kleine supermarkt. Voor de middelbare school moet je vaak naar een andere plek of stad.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Stad
Dorp
Veel voorzieningen
Weinig voorzieningen
Mensen wonen dicht bij elkaar
Minder dan 10.000 inwoners
Meer dan 10.000 inwoners
Veel gebouwen
Veel infrastructuur

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

.
Aan de slag!
Lees de leerstof op blz. 135
Markeer belangrijke woorden. 

Maak opdracht 2 + 3 blz. 135


Eerder klaar? Lees de leerstof 'urbanisatie' op blz. 136

timer
4:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.
Urbanisatie
Waardoor wonen steeds meer mensen in een stad?

  • Mensen verhuizen van het platteland naar de stad.
  • Mensen verhuizen meestal voor werk naar de stad.
  • Een groeiende stad noemen we urbanisatie.


Urbanisatie is vanaf 19e eeuw ontstaan.


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de rijke landen ontstond urbanisatie in de 19e eeuw:
  • Er kwamen fabrieken
  • Mensen kwamen vanaf het platteland in deze fabrieken werken
Urbanisatie

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urbanisatie
In de rijke landen ontstond urbanisatie in de 19e eeuw:
  • Er kwamen fabrieken
  • Mensen kwamen vanaf het platteland in deze fabrieken werken
Mensen gingen hier niet alleen werken maar bleven in deze steden wonen.

Ze gingen trouwen en kregen veel kinderen.
Urbanisatie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urbanisatie
In de rijke landen ontstond urbanisatie in de 19e eeuw:
  • Er kwamen fabrieken
  • Mensen kwamen vanaf het platteland in deze fabrieken werken
Mensen gingen hier niet alleen werken maar bleven in deze steden wonen.

Ze gingen trouwen en kregen veel kinderen.
Hierdoor groeiden de steden. 
Dit noem je urbanisatie.

In arme landen is dit pas vanaf de 20e eeuw ontstaan.
Urbanisatie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaak
1
2
3
Gevolg: Urbanisatie
Daardoor groeide de steden
Mensen gingen in deze steden wonen en kregen ook veel kinderen

Eind 19e eeuw. Kwamen steeds meer fabrieken 
Mensen gingen in deze fabrieken werken.
 

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk :) 
Wat: lees en maak van Β§4.3 'Steden in de wereld' vraag 4 t/m 6

Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken!
Hulp: tekst, lees goed!
              buurman/buurvrouw naast je
              de docent
Klaar: maak herhaling en verdieping
Tijd: timer




timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van steden 
  • Samen lezen: Kenmerken van steden op blz. 135

  1. Wat zijn voorzieningen?
    Onderstreep het antwoord in de leerstof!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urbanisatie
  • Samen lezen: Urbanisatie op blz. 136
  1. Waarom groeiden steden in rijke landen vroeger zo snel?
    Onderstreep het antwoord in de leerstof!
  2. Waarom groeien steden in arme landen nu zo snel?
    Onderstreep het antwoord in de leerstof!
  3. Wat is urbanisatie?
    Onderstreep het antwoord in de leerstof!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelcheck
  1. Benoem 3 verschillen tussen stad en een dorp
  2. Noem een voorziening van een stad
  3. Leg uit hoe urbanisatie ontstaat
Lesdoelencheck
  • Benoem 3 verschillen tussen stad en een dorp
  • Noem een voorziening van een stad. 
  • Leg uit hoe urbanisatie ontstaat.

Slide 21 - Tekstslide

Veel verkeer, meer voorzieningen, gebouwen, meer dan 10.00 inwoners. 

Voorziening = dienst waar mensen gebruik van maken. Bijv. scholen, theater, bioscoop, zwembad etc.

Er ontstonden fabrieken --> mensen gingen daar werken --> bleven daar wonen --> kregen kinderen. 

Hoe goed heb je de les begrepen?
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 22 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

4.3 steden in de wereld
blz. 137

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Megastad
Meer dan 10 miljoen inwoners
Istanbul, Turkije
14 miljoen
Lagos, Nigeria
21 miljoen
Jakarta, Indonesie
10 miljoen
Shanghai, China
24 miljoen
Karachi, India
23 miljoen
Mexico stad, Mexico
20 miljoen
Soa Paolo, Brazilie
20 miljoen

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldstad
Een stad die over de hele wereld bekend is.
Er zijn veel internationale bedrijven en banken.
New york
London
Tokyo
Parijs

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstad
Stad waar meestal de regering zit
(Amsterdam is een uitzondering)
Moskou, Rusland
Canbarra, Australie
Bejing, China
Delhi, India
Wasington DC, VS
Brazilia, Brazilie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
  • Maak opdracht  7 + 8
  • Rustig in tweetallen.
  • Eerder klaar? Maak opdracht 3 bladzijde 139
timer
4:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdstad
Megastad
Wereldstad
Meer dan 10 miljoen inwoners. 
Stad bekend over heel de wereld. Veel internationale bedrijven en banken.

Vaak zit de regering daar. 

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Hier gebleven met 1BK2 
Bekijk bron 28 op blz. 140.
Welke zin over miljoenensteden in de wereld is juist?
A
Als er veel inwoners in een stad wonen, zijn er ook altijd veel megasteden
B
In AustraliΓ« wonen de meeste mensen op het platteland
C
De meeste megasteden liggen in AziΓ«
D
In veel landen in Oost-Afrika woont meer dan de helft van de mensen in een stad

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Samen lezen 
  • Blauwe leerstof stukje blz. 138
  • 'Zakencentrum, voorsteden en krottenwijken.'

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Zakencentrum (CBD)
Het centrum met wolkenkrabbers en dure winkels.

Hier werken veel mensen werken en wonen weinig mensen.
Onderdelen van de stad

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Zakencentrum (CBD)
Het centrum met wolkenkrabbers en dure winkels.

Hier werken veel mensen werken en wonen weinig mensen.
    Voorsteden (suburbs)
Mensen die in een zakencentrum werken wonen vaak aan de rand van de stad.

Rust en ruimte. Mensen hebben grote huizen en een auto.
Onderdelen van de stad

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen van de stad
     Zakencentrum (CBD)
Het centrum met wolkenkrabbers en dure winkels.

Hier werken veel mensen werken en wonen weinig mensen.
    Voorsteden (suburbs)
Mensen die in een zakencentrum werken wonen vaak aan de rand van de stad.

Rust en ruimte. Mensen hebben grote huizen en een auto.
          Krottenwijk
Arme mensen die hun eigen huis bouwen langs het spoor of een snelweg

Er is soms geen elektriciteit, riolering en of water.
Onderdelen van de stad

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zakencentrum 
Voorsteden
Krottenwijk
Mensen wonen vaak aan de rand van de stad.
Hier kunnen ze in een groter huis wonen. 
Arme mensen die hun eigen huizen bouwen, langs het spoor of bij een snelweg. 

Het centrum met wolkenkrabbers met daarin kantoren en dure winkels.

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
  • Maak opdracht  9
  • Individueel 
  • Eerder klaar? Maak opdracht 4 bladzijde 139
timer
2:00

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelcheck
  1. Noem een voorbeeld van een hoofd-, wereld- en megastad
  2. Leg het verschil uit tussen hoofd-, wereld- en megastad
  3. Waar vind je een zakencentrum?
  4. Vertel in welke stad je krottenwijken tegenkomt
Lesdoelencheck
  • Noem een voorbeeld van een hoofd-, wereld- en megastad. 
  • Leg het verschil uit tussen hoofd-,wereld- en megastad.
  • Waar vind je een zakencentrum?
  • Vertel in welke stad je krottenwijken tegenkomt.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Hoe goed heb je de les begrepen?
πŸ˜’πŸ™πŸ˜πŸ™‚πŸ˜ƒ

Slide 39 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Video

Deze slide heeft geen instructies