Voorstellen en kennismaken

Voorstellen en kennismaken
Hallo, wie ben jij?
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Voorstellen en kennismaken
Hallo, wie ben jij?

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je oefenen:
- Hoe kan ik mezelf voorstellen?
- Welke woorden ken ik al die horen bij "school"?
- Woorden die horen bij dit thema
- Hoe moet ik een woord goed schrijven?

Aan het einde van deze les kan ik me voorstellen. 
Aan het einde van de les ken ik de woorden van dit thema. 

Slide 2 - Tekstslide

Welke woorden ken jij?
Welke woorden ken jij al bij het thema "school"?
Schrijf ze op bij de volgende dia.

Slide 3 - Tekstslide

School

Slide 4 - Woordweb

Het lied
Ken je het lied nog?
Lees het maar een keer.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Nu ga je zelf oefenen
Lees de vraag.
Geef daarna antwoord op de vraag.
Kun jij al een hele zin maken?

Slide 7 - Tekstslide

Wat is jouw naam?

Slide 8 - Open vraag

Hoe oud ben jij?

Slide 9 - Open vraag

Waar kom jij vandaan?

Slide 10 - Open vraag

Waar woon jij?

Slide 11 - Open vraag

Welke woorden ken jij?
Je ziet elke keer een letter. 
Schrijf woorden op die jij kent met deze letter.

Slide 12 - Tekstslide

Woorden met de r

Slide 13 - Woordweb

Woorden met de d

Slide 14 - Woordweb

Woorden met s

Slide 15 - Woordweb

Woorden met de k

Slide 16 - Woordweb

Letters oefenen
Kun jij de letters snel lezen?
Kijk naar de filmpjes en oefen de letters.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Is het goed geschreven?
Je ziet 4 woorden staan.
1 woord is niet goed.
Welk woord is niet goed? Klik dit aan.

Slide 20 - Tekstslide

Waar staat het woord NIET goed geschreven?
A
de juf
B
het potloot
C
de meester
D
de pen

Slide 21 - Quizvraag

Waar staat het woord NIET goed geschreven?
A
de schar
B
de agenda
C
de gum
D
het bord

Slide 22 - Quizvraag

Waar staat het woord NIET goed geschreven?
A
de map
B
de puntensliper
C
de tafel
D
de stoel

Slide 23 - Quizvraag

Waar staat het woord NIET goed geschreven?
A
het boek
B
de schooltas
C
de lineaal
D
het potlood

Slide 24 - Quizvraag

Waar staat het woord NIET goed geschreven?
A
de stift
B
de prullenbak
C
de sluetel
D
de klok

Slide 25 - Quizvraag

Kijk naar de plaat.
Je ziet een plaatje. 
Kun jij hier woorden bij schrijven?
Kun je zinnen schrijven?
Schrijf het op in je schrift. 
Laat het aan de juf zien.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide