Matisse - Wilde Vormen (PM)

Matisse
Wilde Vormen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Matisse
Wilde Vormen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

* Je weet hoe je vormen kunt beschrijven
* Je kunt tegenstellingen tussen vormen zien en maken
* Je bent in staat je te laten inspireren door voorwerpen in je omgeving
* Je kunt een evenwichtige compositie maken van vormen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gaan in deze lessen werken zoals kunstenaar Matisse. Henri Matisse was een Franse kunstenaar. Hij leefde in de vorige eeuw. Hij schilderde samen met anderen in een bijzondere stijl. Ze werden door anderen 'de Wilden' (=wilde dieren, Frans: les Fauves) genoemd.

Henri Matisse
1869-1954

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk werk van Matisse. Straks geef je een antwoord op deze vraag: Waarom werd zijn werk 'wild' genoemd, denk je? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
Klik op de afbeelding om hem groter te zien.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke soorten vormen kan je opnoemen?
Noem 15 beschrijvingen van vormsoorten.
De eerste vijf krijg je cadeau:
* open
* dicht
* langwerpig
* 'wrattig' :-)
* klein

Vooropdracht

Slide 6 - Tekstslide

Dit is een goede groepsopdracht.
Laat de leerlingen de beschrijvingen noteren en bewaren, want dat is handig om te gebruiken bij de volgende opdracht.

Het helpt om in de afbeelding vormen te beschrijven.
Beschrijving van vormsoort

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1

Soorten vormen knippen

Je gaat vormen knippen die verschillen van 
karakter. Daarna plak je ze tot een mooi geheel.
Dus niet: pijl, vierkant, hart.
Maar wel: puntig of zwierig, groot of klein, samengesteld of één geheel, enz.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwijze
  1. Knip tien verschillende vormen uit verschillende kleuren van gekleurd papier. Benoem de vormen. Zo verhelder je waarom ze van elkaar verschillen.
  2. Laat je inspireren door darmen, graspollen, zeewier, bloemen, wolken, bladeren enz.
  3. Schuif met de vormen tot je een mooie verdeling (compositie) hebt op het onderblad (wit of gekleurd A4). 
  4. Je kunt eventueel nog wat grotere vormen knippen om achter de kleinere vormen te leggen.
  5. Bekijk het werk van Matisse nog eens om te zien hoe hij met vorm/kleur werkte.
  6. Plak de knipsels vast als je een goede compositie gevonden hebt.
  7. Schrijf op de achterkant jullie namen.

Slide 9 - Tekstslide

Dit is een leuke opdracht om met een groep te laten doen.
Tussen twee lessen door is een grote envelop om de knipsels in de bewaren handig.
Voor extra reflectie en een extra punt, kan je de leerlingen hun werk laten presenteren. Ze moeten dan een tegenstelling in vormen benoemen en aanwijzen voor in de klas. Zoveel groepsleden als tegenstellingen.
Matisse de goochelaar

Matisse werd door Picasso een goochelaar genoemd. Hij vond dat Matisse dingen tevoorschijn kon toveren als niemand anders. 

Jullie gaan ook vormen leren toveren. Je leert een ingewikkelde vorm om te toveren naar een gestileerde vorm. Net zoals Matisse deed.
Opdracht 2

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is stileren?
Geef een omschrijving in de volgende slide.

Slide 11 - Tekstslide

Laat leerlingen uitleggen wat stileren is adhv deze afbeelding van werk van Matisse.
Wat is restvorm?
Waarom is de restvorm net zo belangrijk als de vorm?

Slide 12 - Tekstslide

Laat leerlingen uitleggen wat stileren is adhv deze afbeelding van werk van Matisse.
Werkwijze

  1. Kies een kopie van een sporter uit die jou aanspreekt.
  2. Teken op een A4-papier de omtrek van de losse vormen: romp, armen, benen, fiets o.i.d.
  3. Zet in alle vormen een kruisje op de bovenzijde.
  4. Knip de vormen uit.
  5. Zoek gekleurde stukken papier uit die goed met elkaar matchen.
  6. Teken om de vormpjes heen op de gekleurde stukken papier.
  7. Knip ze daarna uit. 
  8. Sommige onderdelen zou je uit en andere kleur kunnen knippen.
  9. Je maakt een mooie ordening (compositie) van de geknipte onderdelen op een vel met een andere kleur. Zorg dat de achtergrond tussen vormen zichtbaar is.
  10. Je mag het nog aanvullen met andere uitgeknipte vormen. Zorg voor contrast!
  11. Plak dit vast.

Slide 13 - Tekstslide

Zorg dat je zelf allerlei afbeeldingen klaar hebt liggen of dat je leerlingen een kopie op A4-formaat mee laat nemen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beoordeling Opdracht 1

Als groepje benoem je 10 tegenstellingen in vormsoorten. 

1 punt per tegenstelling

Slide 19 - Tekstslide

Dit benoemen van tegenstellingen kan schriftelijk maar ook mondeling als presentatie.
.
Beoordeling Opdracht 2
Mate van stileren
Matig
Voldoende
Goed
Heel goed
Vorm/restvorm verdeling
Matig
Voldoende
Goed
Heel goed
Evenwichtige compositie
Matig
Voldoende
Goed
Heel goed
Hoeveelheid onderdelen
Matig
Voldoende
Goed
Heel goed
Netheid (geen lijmresten)
Matig
Voldoende
Goed
Heel goed
Punten                             0,5                    1                     1,5                     2    

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies