1.3 de griekse democratie

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Programma vandaag

• Huiswerk controle
• Terugblik vorige les: Afmaken werkblad + oefenvraag
• Aantekening nieuwe leerstof

Terugblik vorige les

• Vul de tabel helemaal in en draai je blaadje om
• Geef op de achterkant antwoord op deze vraag:
•  Kies 1 kenmerk van een 'staat' en leg uit waarom dit kenmerk volgens jou noodzakelijk is voor een staat (denk aan wat we gisteren hebben besproken)
• Lever je blaadje in, laat je huiswerk zien en haal je antwoordboekje op om na te kijken.

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je:

  

• 8. Verklaringen geven voor het ontstaan van een directe democratie in de polis Athene.
• 9. Voorbeelden geven van wetenschappelijk denken van Griekse filosofen
  
• 10. Uitleggen dat Griekse denkers verschillend oordeelden over de Atheense democratie en andere staatsvormen.
  

Verklaringen geven voor het ontstaan van een directe democratie in de polis Athene

• Griekenland bestond uit ruim 200 zelfstandige stadstaten (poleis)

• Dit waren vaak (grote) steden die als landen werden bestuurd: met eigen wetten en een eigen bestuur 

Verklaringen geven voor het ontstaan van een directe democratie in de polis Athene 

• Poleis (meervoud van polis) worden op verschillende manieren bestuurd

• Ze hebben wel vaak dezelfde 'Griekse' cultuur, taal en goden

• De bekendste poleis waren Athene en Sparta

Verklaringen geven voor het ontstaan van een directe democratie in de polis Athene 

• In Athene werden de politieke beslissingen genomen door het volk.
• Alle burgers in Athene hadden stemrecht (maar niet iedereen was een burger...)
• Athene was de eerste democratie
• Om mee te beslissen moet je aanwezig zijn = directe democratie
• Dit kan alleen als er niet teveel burgers zijn
• Dus een polis was perfect

Verschillende bestuursvormen

• Democratie: macht bij het volk
•  Monarchie: macht bij 1 persoon --> koning of keizer
• Aristocratie: macht bij kleine groep --> mensen van adel
• Tirannie: 1 persoon grijpt de macht --> Tiran, niet eerlijk
• Oligarchie: macht bij kleine groep --> niet van adel

• Maak bij iedere bestuursvorm een mini tekening als ezelsbrug

Voorbeelden geven van wetenschappelijk denken van Griekse filosofen

Socrates , Plato, Aristoteles. 

• Onderzoeken/vragen/verklaren ipv vertrouwen op de Goden
• Wat is goed en wat is slecht?
• Wat is de beste vorm van bestuur? (kritiek op de democratie)
• Hoe zit de natuur en het heelal in elkaar? (wetenschap)
• Zoek van iedere filosoof het belangrijkste standpunt

Huiswerk

Leerdoelen 11, 12 en 13 uitwerken (met je boek en antwoord geven in hele zinnen

maken 1.3: 2,6,13,15

Leren: 10 tijdvakken, kenmerken jagers/verzamelaars, kenmerken eerste staten