Nederlands argumenteren

Wat gaan we doen?

Terugblik vorige week
Feiten en meningen
Standpunten
Argumenten bedenken
Wedstrijdje

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?

Terugblik vorige week
Feiten en meningen
Standpunten
Argumenten bedenken
Wedstrijdje

Slide 1 - Tekstslide

Verschil
tussen een feit en een mening

Slide 2 - Tekstslide

Feit of mening?
1. De meest voorkomende rat in Nederland is de bruine rat.
2. Ratten zijn eng en vies.
3. Het zijn alleseters en ze komen af op zwerfvuil en etensresten.
4. Zowel bruine als zwarte ratten zijn soms dragers van ziekteverwekkers.
5. Via ontlasting en urine kunnen ze voedsel en water verontreinigen
6. In het studentenhuis waar mijn zusje woont, hebben ze twee witte ratten als huisdier.
7. Dat zouden ze moeten verbieden.
8. In sommige huurcontracten staat dat je geen huisdieren mag houden.
9. Dat zouden ze in alle huurcontracten moeten zetten.


Slide 3 - Tekstslide

Sexi Formuleren
S =
EX = 
I =

Slide 4 - Tekstslide

Sexi formuleren
State -Standpunt: Ik vind..
Explain- uitleg: omdat/want...
Illustrate - illustratie: bijvoorbeeld

Slide 5 - Tekstslide

Debat
Stelling 
Voor- en tegenstanders
Argumenten
Spreektijd en beurten
Een winnaar

Slide 6 - Tekstslide

Stelling voorbereiden
5 minuten om argumenten te bedenken
Ik vind...., omdat/want.... bijvoorbeeld..

De anderen bedenken hoe ze punten gaan geven:
1 punt voor het formuleren van de mening
2 punten voor het formuleren van 1 argument en 1 voorbeeld
3 punten voor het formuleren van meerdere argumenten en voorbeelden

Slide 7 - Tekstslide

stelling
Het is goed voor de stad Rotterdam dat het Eurovisie Songfestival daar wordt gehouden

Slide 8 - Tekstslide

stelling
Een boek lezen voor je plezier is goed voor je algemene ontwikkeling

Slide 9 - Tekstslide

stelling
We kunnen de meivakantie beter overslaan en vast verder gaan met het schooljaar, want we kunnen toch niks leuks doen. 

Slide 10 - Tekstslide

stelling
Koningsdag is de leukste feestdag van het jaar

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting
Even herhalen
Op basis waarvan win je een debat?
Een doortrekken naar 
- het examen Nederlands
- het dagelijks leven

Slide 12 - Tekstslide