Temperatuur totaal

Temperatuur 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Temperatuur 

Slide 1 - Tekstslide

Een normale lichaamstemperatuur ligt tussen de 36,5 en 37,5 graden
Lesdoelen
Ik kan: 
- uitleggen wat de normaalwaarde en afwijkende waarde van de lichaamstemperatuur van een mens zijn
- uitleggen wat de indicaties zijn om de lichaamstemperatuur bij een zorgvrager te meten.
- uitleggen met welke soorten thermometers je de lichaamstemperatuur van een zorgvrager kunt meten
- samenvatten hoe je op verschillende manieren de lichaamstemperatuur van een zorgvrager kunt meten
- uitleggen hoe je moet handelen als een zorgvrager een afwijkende lichaamstemperatuur heeft
- benoemen op welke wijze je een zorgvrager met ondertemperatuur of een verhoogde temperatuur moet verzorgen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

De temperatuurcentra bevinden zich in de tussenhersenen en de hersenstam.
Hoe komt ons lichaam aan zijn warmte?
A
cel verbranding
B
voedingsstof verbranding
C
door te ademen
D
hormoon verbranding

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Normale temperatuur
Dit verschilt per persoon.
In het algemeen is het tussen de 36,5 en 37,5 graden.
Maar kijk altijd goed welke temperatuur iemand van nature heeft, dit kan lager of hoger zijn dan de normaal waarde. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redenen om de temperatuur te meten?
  • Als je denkt dat iemand een afwijkende temperatuur kan hebben
  • Routinematig (omdat het zo is afgesproken)
  • Omdat je eerdere meting afwijkt
  • Omdat je verwacht dat iemand een temperatuur afwijking     kan hebben (bv kraamzorg, na operatie)

Slide 6 - Tekstslide

Verwacht temperatuur afwijking bij kraamzorg: moeder en kind zijn gevoeliger voor infecties
na een operatie wond kan gaan ontsteken
Analoog
Digitaal
Infrarood

Slide 7 - Tekstslide

Analoog: glazen staafthermometer die gevuld is met een vloeistof.

De digitale thermometer of elektronische thermometer: de tip (meetpunt) van de thermometer bevat een sensor. Deze sensor neemt de warmte van de omgeving op.

De infrarode digitale thermometer: de infraroodsensor meet de temperatuur van een bepaald punt van het lichaam (bijvoorbeeld op het voorhoofd) 
 
De digitale of elektronische thermometer en de infrarood thermometer zijn tegenwoordig de meest gebruikte thermometers.

Verschillende manier van temperatuur meten
  Rectaal                                      Oraal                                   oraal                       
Axillair
oor =tympanisch
voorhoofd

Slide 8 - Tekstslide

Ook kun je in de lies de temperatuur meten 
Welke manier van temperaturen is het betrouwbaarst?
A
axillair (oksel)
B
tympanisch (oor)
C
oraal (mond)
D
rectaal (anus)

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

beschermhoesje rectale thermometer

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wanneer kies je niet voor een rectale thermometer
A
nooit
B
bij aambeien
C
bij kinderen
D
bij ouderen

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afwijkingen bij temperaturen
axillair + 0,5 graden C
oraal + 0,3 graden C
via speen + 0,5 graden C

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar meet je tympanisch de temperatuur?
A
oraal
B
anus
C
oor
D
oksel

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noem je onder de oksel temperaturen?
A
Oraal
B
Rectaal
C
Axillair
D
Temporaal

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meten van de temperatuur
  • Normale lichaamstemperatuur tussen 36,5 °C en 37,5 °C
  • Ondertemperatuur (hypothermie) onder 36,5 °C
  • Verhoging (subfebriele temperatuur) tussen 37,5 °C en 38 °C
  • Koorts 38 °C en hoger
  • Overtemperatuur (hyperthermie) boven 41 °C

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HYPERTHERMIE (HYPER=TE VEEL)​
Interne factoren kunnen zijn:
• bacteriële infectie;
• vaccinatie;
• vergiftiging;
• operatie (erna);
• letsel van het temperatuurregulatiecentrum in de hersenen.
Externe factoren kunnen zijn:
• tropische temperaturen;
• duursport;
• verbranding in de zon.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT KUN JE DOEN BIJ HYPERTHERMIE​
Afkoeling bieden​
Koude dranken (water/ijs)​
Koortsverlagende medicijnen​
Stoppen met bewegen / rust​
Mondverzorging​
Aangepaste kleding​
Extra hygiëne maatregelen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er bij een hoge temperatuur van het lichaam?
A
Bloedvatvernauwing, kippenvel, zweten
B
Bloedvatverwijding, kippenvel en rillen
C
Bloedvatvernauwing en zweten
D
Bloedvatverwijding en zweten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hypothermie (hypo=te weinig)

Koude en/of koele omgeving​
Niet warm genoeg kleden​
Ziekte / trauma​
Ondervoeding​
Leeftijd > ouderen/kinderen meer kans​
Verwaarlozing​
Uitdroging​
Te laag lichaamsgewicht.







Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT KUN JE DOEN BIJ HYPOTHERMIE​
Oorzaken wegnemen ​
Warme en droge kleding dragen​
Dekens/ hotpacks/ kruik​
Warme dranken aanbieden​
Voorkom overbelasting​
Cliënten naar binnen brengen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet het lichaam om de temperatuur van het lichaam te verlagen?
A
Snellere ademhaling en hartslag, vernauwen van de bloedvaten
B
Snellere ademhaling en transpireren
C
Transpireren, snellere ademhaling en hartslag, verwijden van de bloedvaten
D
Transpireren, vernauwen van de bloedvaten

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ziet een koude rilling eruit?

  1. Koudestadium (fase 1) De zorgvrager rilt van de kou, ligt te klappertanden en ligt te schudden in bed.
  2. Warmtestadium (fase 2). Er is sprake van een acute temperatuurstijging. De zorgvrager is onrustig en angstig.
  3. Transpiratiestadium (fase 3). De zorgvrager gaat sterk transpireren, waarbij de lichaamstemperatuur daalt. De zorgvrager heeft een bleke gelaatskleur, een snelle pols en het klamme zweet staat op zijn voorhoofd.
  4. Na de koude rilling, die tien tot dertig minuten kan duren, valt de zorgvrager meestal in een diepe slaap: het lichaam moet zich herstellen.



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koortsstuipen
Stuipen zijn korte, schokkende bewegingen van het gezicht, de armen en de benen. In het begin van de stuip is het bewustzijn meestal nog niet gestoord, maar al gauw is er bewusteloosheid. Stuipen duren meestal enkele minuten tot maximaal een kwartier. Hierna keert het bewustzijn weer snel terug. De eerste koortsstuipen komen meestal in het tweede levensjaar voor; na het vijfde of zesde jaar komen ze niet meer voor.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je doen als een kind een koortsstuip heeft?
A
niets, komt vanzelf goed
B
temperaturen
C
(huis)arts waarschuwen
D
112 bellen

Slide 24 - Quizvraag

eerst de huisarts, maar als je echt het niet vertrouwd dan 112
Zijn de lesdoelen behaald?
Ik kan:
- uitleggen wat de normaalwaarde en afwijkende waarde van de lichaamstemperatuur van een mens zijn
- uitleggen wat de indicaties zijn om de lichaamstemperatuur bij een zorgvrager te meten.
- uitleggen met welke soorten thermometers je de lichaamstemperatuur van een zorgvrager kunt meten
- samenvatten hoe je op verschillende manieren de lichaamstemperatuur van een zorgvrager kunt meten
- uitleggen hoe je moet handelen als een zorgvrager een afwijkende lichaamstemperatuur heeft
- benoemen op welke wijze je een zorgvrager met ondertemperatuur of een verhoogde temperatuur moet verzorgen.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies