2.4 Werking van de dwarsgestreepte spier

Werking van de spieren
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Werking van de spieren

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De spier wordt korter en dikker
De spier wordt langer en dunner
biceps bij het buigen van de arm
biceps bij het strekken van de arm
triceps bij het buigen van de arm
triceps bij het strekkenvan de arm

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Link

Deze slide heeft geen instructies

600+ spieren in het lichaam

Slide 4 - Tekstslide

Skeletal muscles vary considerably in size, from tiny muscles inside the middle ear to very large muscles in the upper leg

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Skeletspieren zijn
A
lang
B
kort
C
meer-kernig
D
een-kernig

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De spierschede omringt de verschillende ...
A
spiervezels
B
zenuwen
C
spierbundels
D
spieren

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een spier is aan het bot verbonden via
A
bindweefsel
B
zenuwen
C
spierweefsel
D
pezen

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 soorten spieren
Skeletspieren
• dwarsgestreept

• willekeurig, maar snel vermoeibaar
Hartspieren
• dwarsgestreept met lichte zone rond kern

• autonoom orgaan
Gladde spieren
• niet dwars gestreept

• gestuurd door auto-noom zenuwstelsel

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

grote borstspier
kleermakersspier
achillespees
slaapspier
deltaspier
monnikskapspier
oppervlakkige
kuitspier
driehoofdige
bovenarmspier
tweehoofdige
dijspier
tweehoofdige
bovenarmspier
grote bilspier
vierhoofdige
dijspier

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

een terugkerend segment in de spierfibrillen noemt men een...
A
sarcomeer
B
actine
C
myosine
D
myofibril

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De spierfibrillen bestaan uit 2 soorten eiwitten: actine- en myosinefilamenten. Dit zorgt voor afwisselend lichte en donkere banden. De lichte banden op de spier zijn de plaatsen waar ...
A
...de dikke en dunne eiwitten overlappen
B
... er maar één filament (niet-overlapt) zit
C
... enkel actine-filamenten zitten
D
... enkel myosine-filamenten zitten

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Donkere band waar beide filamenten overlappen
Lichte band waar filamenten niet overlappen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nodig voor
spiercontractie

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Energie
Glucose →  pyrodruivenzuur
(afbraak van suiker)

ATP/creatine
(energievoorraad)

Glucose → melkzuur
(verzuring)

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ATP = energie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies