gewrichten en skeletspieren

Afstandsleren
Even een korte test...
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Afstandsleren
Even een korte test...

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

spieren en klieren zijn...
A
prikkels
B
conductoren
C
effectoren
D
receptoren

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor welke reactie gaan spieren zorgen?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor welke reactie gaan klieren zorgen?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent peristaltiek?
A
de knijpende beweging van spieren in de darm
B
het samentrekken van de kringspier
C
afsluiting van de darm
D
productie van darmsappen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

TEST
skelet en soorten gewrichten

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bouw gewricht
  • Kijk naar het volgend filmpje 
  • Maak ondertussen de opdracht op blz. 67

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verzwikking
- Bij een verzwikking raken het gewrichtskapsel en kapselbanden beschadigd. 
- Wordt vaak dik door zwelling
- Doet pijn
- Koelen met koud water of coolpak helpt tegen zwelling en pijn. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is er precies gebeurd ter hoogte van het gewricht? 
Hoe wordt zo’n gewrichtsletsel genoemd? 
Hoe noem je de beenderen die het gewricht vormen? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

soorten gewrichten

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

skeletspieren
blz. 69

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

skeletspieren
Skeletspieren zijn spieren die met pezen vastzitten aan de beenderen van het skelet. Als skeletspieren samentrekken, dan trekken ze aan de beenderen zodat er beweging in het gewricht ontstaat.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

600+ spieren in het lichaam

Slide 15 - Tekstslide

Skeletal muscles vary considerably in size, from tiny muscles inside the middle ear to very large muscles in the upper leg
Is de accommodatiespier in het straallichaam van het oog ook een skeletspier? Motiveer je antwoord.
timer
1:30

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Enkele belangrijke skeletspieren

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

biceps
triceps

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De spier wordt korter en dikker
De spier wordt langer en dunner
biceps bij het buigen van de arm
biceps bij het strekken van de arm
triceps bij het buigen van de arm
triceps bij het strekkenvan de arm

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Nodig: Bijlage: antagonisme bij spieren observeren
- opdracht uitvoeren en bijlage invullen.
- Neem foto's van je ingevulde document.
- Upload deze foto's in het
   vak BIO3SMI - uploadzone - antagonisten
- Tijdig indienen = 2 punten.
- We verbeteren dit in de klas.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Skeletspieren zijn
A
lang
B
kort
C
meer-kernig
D
een-kernig

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De spierschede omringt de verschillende ...
A
spiervezels
B
zenuwen
C
spierbundels
D
spieren

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een spier is aan het bot verbonden via
A
bindweefsel
B
zenuwen
C
spierweefsel
D
pezen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 soorten spieren
Skeletspieren
• dwarsgestreept

• willekeurig, maar snel vermoeibaar
Hartspieren
• dwarsgestreept met lichte zone rond kern

• autonoom orgaan
Gladde spieren
• niet dwars gestreept

• gestuurd door auto-noom zenuwstelsel

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

een terugkerend segment in de spierfibrillen noemt men een...
A
sarcomeer
B
actine
C
myosine
D
myofibril

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De spierfibrillen bestaan uit 2 soorten eiwitten: actine- en myosinefilamenten. Dit zorgt voor afwisselend lichte en donkere banden. De lichte banden op de spier zijn de plaatsen waar ...
A
...de dikke en dunne eiwitten overlappen
B
... er maar één filament (niet-overlapt) zit
C
... enkel actine-filamenten zitten
D
... enkel myosine-filamenten zitten

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Donkere band waar beide filamenten overlappen
Lichte band waar filamenten niet overlappen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nodig voor
spiercontractie

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Energie
Glucose →  pyrodruivenzuur
(afbraak van suiker)

ATP/creatine
(energievoorraad)

Glucose → melkzuur
(verzuring)

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ATP = energie

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies