Week 37 3HV Frans

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Programme

Récapitulation

Grammaire

Récapitulation

les excercises

HAVO lezen opdr. 8, 9, 10, 11  WB blz. 10 gebruik tekst B

VWO lezen opdr. 8, 9, 10, 11 WB blz. 10gebruik tekst B

*Morgen gezamenlijke uitleg bezittelijk voornaamwoord opdracht 13

Voorbeeld bezittelijk
vnw. in het Nederlands

 het bezittelijk voornaamwoord 

Het bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. 

De vorm hangt af van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.  

BV: Max is mijn broer - Max est mon frère (m.ev)

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) amie

1. ton
2. ta
3. tes

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) amies

1. mon
2. ma
3. mes

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(zijn) valise

1. son
2. sa
3. ses

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) petit frère

1. son
2. sa
3. ses

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(haar) bottes

1. son
2. sa
3. ses

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(jouw) parents

1. ton
2. ta
3. tes

Hoe vertaal je het bezittelijk vnw?
(mijn) blouson

1. mon
2. ma
3. mes

Les excercises

HAVO: opdr. 13, 14 en 15 vanaf blz.13

VWO: opdr. 13, 14 en 15 vanaf blz. 14