4K H1_Taalverzorging_Spelling

Nederlands
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Welkom
Instaptoets werkwoordspelling
Hoofdstuk 1 taalverzorging, spelling
Opdracht samen maken
Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

H1_Taalverzorging
Spelling

Slide 3 - Tekstslide

Lezen
Lees 10 minuten zelfstandig.
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel
Je kan het schema voor de werkwoordspelling gebruiken

Slide 5 - Tekstslide

Instaptoets werkwoordspelling
Hoe goed ben jij in werkwoordspelling?
tt= tegenwoordige tijd
vt=verleden tijd
vd = voltooid deelwoord

Slide 6 - Tekstslide

Werkwoordspelling

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Persoonsvorm
Hoe vind je de persoonsvorm?

  • Tijd  --> Ik wacht op de bus/ ik wachtte op de bus
  • Aantal --> Ik wacht op de bus/ wij wachten op de bus
  • persoon --> ik loop op straat/hij loopt op straat

Vraagzin maken werkt niet altijd

Slide 9 - Tekstslide

Persoonsvorm tt

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Uitleg filmpje

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Opdracht samen
Opdracht 1
  • aja
  • b ja
  • c nee
  • d nee
  • e ja
  • f ja 




Slide 14 - Tekstslide

Opdracht samen
Opdracht 1
  • 2 a Ik heb bij de Albert Heijn gesolliciteerd.
  • b Marrit is met haar fiets in de sloot beland.
  • c Waarom vindt iedereen bloemen altijd mooi?
  • d Bereid jij de presentatie van donderdag met Angela voor?
  • e Nando heeft per ongeluk een tieneurobiljet verscheurd.
  • f Enkele jaren geleden verlichtten mensen hun huis nog met gloeilampen.
 









Slide 15 - Tekstslide

(huis)werk
H1 Taalverzorging (spelling) 
opdracht 2 t/m 5


timer
20:00

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 2
  1. weet, besteed
  2. niesde/nieste
  3. gezwommen/ verzuchtte
  4. gejuicht/versloeg
  5. opengekrabd/bloedde
  6. geverfd/schroef

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 3
  1. speurde/verstopte
  2. tikte/verveelde
  3. bedenkt/gestreepte
  4. geslagen/suist
  5. hebt/beledigd/overdreven
  6. geprogrammeerd/ hebt/upload

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 4
  1. interesseert
  2. raadpleegt
  3. boeit
  4. gebeurt
  5. wordt
  6. gebruikgemaakt
  7. luisteren
  8. wordt
  1.  betaald
  2. doet
  3. vindt
  4. stijgt
  5. verdubbelde
  6. vertrouwt
  7. geldt

Slide 19 - Tekstslide

Lezen
Pak je leesboek erbij en ga in stilte lezen.
timer
10:00

Slide 20 - Tekstslide