Les 2 Examentraining lezen en luisteren
1 / 18
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Weet jij waar het totale examen Nederlands uit bestaat ?
Ja, ik ben helemaal op de hoogte
Een beetje ik weet nog niet alles
nee ik weet helemaal niets
Slide 3 - Poll
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Het tekstdoel informeren.
De bedoeling van de schrijver of spreker.
de tekst wil de lezer uitleggen dat....
Wat wil hij met deze opmerking bereiken?
De tekst wil de lezer voorlichten over...
De tekst wil de lezer duidelijk maken dat....
Met welke bedoeling maakt zij deze opmerking?
Tekstdoelen in examens anders gezegd...
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Tekstslide
Geef eens voorbeelden van een tekstdoel?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Je leest een tekst met aanwijzingen voor verpotten van planten.
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
timer
1:00
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen/overhalen
Slide 10 - Quizvraag
Je leest een tekst met een oproep om te demonstreren.
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
timer
1:00
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen/overhalen
Slide 11 - Quizvraag
Je leest een nieuwsbericht over het instorten van een brug.
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
timer
1:00
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen/overhalen
Slide 12 - Quizvraag
Je leest productinformatie op een kauwgumpakje
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
timer
1:00
A
amuseren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen/overhalen
Slide 13 - Quizvraag
HOOFDZAAK en BIJZAKEN in een tekst.
Welke uitspraak past bij 'bijzaken'?
Welke uitspraak past bij 'bijzaken'?
A
de grote lijn van het verhaal
B
voorbeelden in een tekst
C
het belangrijkste in de tekst
D
de hoofdgedachte van de tekst
Slide 14 - Quizvraag
Noem enkele woorden waaraan je kunt herkennen dat het om een MENING van iemand gaat.
