CKV Vormgeving Fotografie

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent "voorstelling" beschrijven bij een foto?
A
Technische aspecten benoemen
B
Beschrijven wat je ziet
C
Beschrijven wat de fotograaf bedoelt
D
Welke scene de fotograaf vormgeeft

Slide 4 - Quizvraag

Voorstelling in 3 woorden

Slide 5 - Woordweb

Wat denk jij dat fotograaf Wouter le Duc wil zeggen met deze foto?

Slide 6 - Woordweb

Vormgeving
Beeldende aspecten

Slide 7 - Tekstslide

Wat voor compositie zien we hier?
A
Driehoekscompositie
B
Centrale compositie
C
Silhouet compositie
D
Overall compositie

Slide 8 - Quizvraag


Wat voor compositie is dit?
A
Symmetrische Compositie
B
Driehoekscompositie
C
Horizontale compositie
D
Overall compositie

Slide 9 - Quizvraag

Hoe zit deze driehoekscompositie in elkaar?
A
Onder naar boven en dan de torso
B
van doelnet naar linkerhand en dan nek
C
Van vlag naar witte pols naar gezicht
D
Van ogen naar lichtvlek achter schouder

Slide 10 - Quizvraag




Wat is het perspectief?


Fire Escape (with a man), 1925 © A. Rodchenko, V.

A
Vogel
B
Neutraal
C
Kikker
D
Scherpte/diepte

Slide 11 - Quizvraag

vogelperspectief 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een neutraal perspectief?
A
Op ooghoogte van de fotograaf
B
Een foto die scherp is in het centrum
C
Op ooghoogte van het onderwerp
D
En objectieve foto

Slide 13 - Quizvraag

Hoe noemen we dit effect?
A
Perspectief
B
Uitsnede
C
Close-up
D
Scherptediepte

Slide 14 - Quizvraag

Hoe kan je zo'n foto maken?
A
De sluitertijd verkorten
B
Een klein diafragma gebruiken
C
De sluitertijd verlengen
D
Een groot diafragma gebruiken

Slide 15 - Quizvraag


Welke lichtbronnen kan een fotograaf gebruiken?

Slide 16 - Open vraag

Hoe noem je dit licht waardoor je veel details ziet?
A
Spotlicht
B
Strijklicht
C
Invullicht
D
Natuurlijk licht

Slide 17 - Quizvraag

 Dankzij zijlicht zijn de vouwen in het tafelkleed goed zichtbaar. 

Slide 18 - Tekstslide

Bekijk de foto goed

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het effect
van de schaduwen?
A
Het lijkt drukker op straat
B
De lijnen van de rails doorkruisen de fietsers
C
Het legt nadruk op geometrische figuren
D
Iedereen gaat naar zijn werk

Slide 20 - Quizvraag

Welke sfeer geeft deze belichting? 

Slide 21 - Tekstslide

Welke sfeer?

Slide 22 - Woordweb

Hoe noem je deze belichting?
A
Strijklicht
B
Invullicht
C
Tegenlicht
D
Spotlicht

Slide 23 - Quizvraag

Hoe noem je deze kleuren?
A
Primaire kleuren
B
Primaire en secundaire
C
Secundaire kleuren
D
Complementaire kleuren

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Op welke manieren kan een fotograaf extra diepte geven aan zijn foto?
A
Duidelijk voorgrond en achtergrond
B
Schaduwen accentueren
C
Perspectief naar horizon vergroten
D
Doorkijkjes creëren

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide