H8.3 - Landbouw en voedsel

8.3: Landbouw en voedsel
Hoofdstuk 3 paragraaf 4
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

8.3: Landbouw en voedsel
Hoofdstuk 3 paragraaf 4

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Vorige les
 Lesstof 8.3
Controle vragen
Zelf aan de slag
Volgende les

Slide 2 - Tekstslide

Mediteraans klimaat
Woestijnklimaat
tropisch regenwoud klimaat
Steppeklimaat

Slide 3 - Sleepvraag

In Afrika is een culturele splitsing tussen:
A
Oost en west
B
Islamitisch Afrika & sub saharaans Afrika
C
Christelijke Afrika & Lokale religies
D
Frans sprekende landen & Engels sprekende landen

Slide 4 - Quizvraag

Welke taal word voornamelijk gesproken in islamitisch Afrika?
A
Islam
B
Frans
C
Arabisch
D
Engels

Slide 5 - Quizvraag

Afrikaans eten
Veel verschillende klimaten -> veel verschillende landbouwproducten.

Van oorsprong waren dit de Afrikaanse gewassen: Dadels, meloen, koffie.
De laatste tijd is hier veel bijgekomen: Pinda's, sinaasappels.

In het basisvoedsel zitten weinig vitaminen en mineralen: Gierst, cassave, yams.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat zijn de namen van dit Afrikaans eten?
Casave
Dadels
Gierst
Cacoa
Mango's

Slide 8 - Sleepvraag

Verschil in honger
1. Kwantitatieve honger = niet genoeg voedsel.
2. Kwalitatieve honger = te eenzijdig voedsel

In de stad is ongezond buitenlands eten vaak goedkoop. Steeds meer Afrikanen hebben overgewicht.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is kwantiatieve honger? blz 124
A
Hoeveelheid voedsel
B
Kwaliteit voedsel
C
Vitamine in voedsel
D
Mineralen in voedsel

Slide 10 - Quizvraag

Wat is kwalitatieve honger?
A
De hoeveelheid
B
Tekort aan voedingstoffen
C
Teveel aan voedingstoffen
D
Alle 3 hetzelfde

Slide 11 - Quizvraag

In Afrika zijn mensen vaker trots op overgewicht dan in de rest van de wereld. Waarom?
A
Het ziet er mooier uit.
B
Het is een teken van rijkdom.
C
Het zorgt ervoor dat ze meer kunnen verhuizen

Slide 12 - Quizvraag

Nieuw Kolonie?
Veel multinationals kopen landbouwgrond in Afrika.
Lage prijs -> landjepik

Kleine boeren raken huis, land en werk kwijt -> honger.

Slide 13 - Tekstslide

Nederlanders in Afrika
-> Bloemtelers
-> Groentetelers: hele jaar oogst.

Voordeel: lage longen + lage grondprijzen.
Nadeel: hoge vervoerskosten.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video