In deze les zitten 33 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
VS - H2 Land met veel gezichten
Slide 1 - Tekstslide
Bedenk 2 (toets)vragen over de vorige les
Slide 2 - Open vraag
Nakijken H 1
Wat ging goed?
Wat kan beter?
Soorten vragen:
herken je ze?
Slide 3 - Tekstslide
Soorten vragen
Slide 4 - Tekstslide
Kennen & Kunnen
Je kunt uitleggen welke invloed het reliëf heeft op het klimaat in de binnenlanden
Je kent het systeem van Koppen en kan bepalen welke code bij welke klimaatgrafiek hoort
Je kent de 5 verschillende temperatuurfactoren en kan deze toepassen
Slide 5 - Tekstslide
Breedteligging VS
Wat valt je op?
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Grote verschillen
De VS zijn een enorm groot land. Groot verschil in breedteligging en in hoogteligging (reliëf). Hierdoor zijn de verschillen in temperatuur en neerslag ook groot.
Gevolg: verschillende klimaten en dus ook veel verschillende landschappen
Slide 8 - Tekstslide
Weet je nog?
Het verschil tussen weer en klimaat?
Verschil weer & klimaat
Het weer is de zoals de atmosfeer nu is. Je kunt hier iets over zeggen door te kijken naar de temperatuur, de luchtvochtigheid, neerslag, bewolking en wind.
Het klimaat is een gemiddelde, gemeten over een langere periode, bijvoorbeeld dertig jaar, van de temperatuur, luchtvochtigheid, neerslag, bewolking en wind.
Slide 9 - Tekstslide
Extremen...
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Waar & waarom daar?
Verschillen in klimaat beschrijven en verklaren
Beschrijven > atlas
Verklaren > gezond verstand ;)
Slide 14 - Tekstslide
Verschillen in klimaat verklaren
Breedteligging
Hoogteligging
Land-zeeverdeling
Wind- en zeestromen
Ligging van gebergtes
Temperatuurfactoren of klimaatfactoren
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
1. Breedteligging
Regel: hoe hoger de breedte, hoe kouder
Slide 18 - Tekstslide
Breedteligging
Het noorden ligt op hoge breedte, hier is het koud in de winter en ligt er sneeuw. Koude wind vanuit noorden
Zuiden ligt op lage breedte, hier is het warm, ook in de winter.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
2. Hoogteligging
Regel: hoe hoger, hoe kouder
De dampkring wordt van onderaf verwarmd.
Gemiddeld daalt de temperatuur 6°C per 1000 meter, dit noem je de temperatuurgradiënt
Slide 21 - Tekstslide
3 Land-zeeverdeling
Regel: Land warmt sneller op en koelt sneller af dan de zee
Regel: Land wordt warmer dan water maar ook kouder
Dus: hoe dichter bij de zee, hoe kleiner de temperatuurverschillen tussen zomer en winter
Slide 22 - Tekstslide
4 Wind- en zeestromen
De zonne-energie is niet gelijk verdeeld op aarde.
De tropen ontvangen veel energie, de polen weinig.
Door middel van winden en zeestromen wordt de warmte vanaf de tropen getransporteerd over de aarde.