7. Aanwijzend voornaamwoord
verwijst naar iets
deze, die, dit, dat, zulk(e), zo'n, dergelijke
- deze auto
- dit filiaal
8. Voegwoorden
twee zinnen aan elkaar verbinden
Bijvoorbeeld; en, maar, want, omdat, als, toen, aangezien
Mijn moeder gaat naar de winkel, omdat de koffie op is.