WEEK 21 unité 4 herh aller /écouter

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

1F BORD

Slide 2 - Tekstslide

1e

Slide 3 - Tekstslide

1C

Slide 4 - Tekstslide

qu'est-ce qu'on fait aujourd'hui?
- les absents
- verbe aller répétition / l'alphabet
- écouter (luisteren)
-volgende week : so apprendre 1 2 3
lesdoelen: 
je begrijpt het als iemand de weg uitlegt

Slide 5 - Tekstslide

les absents
Tu as des frères ou des soeurs? J'ai 1 soeur / J'ai 2 frères. etc.

Il/elle s'appelle comment? Il/elle s'appelle ......... Marieke etc.
C'est quel jour aujourd'hui? C'est mercredi, jeudi, vendredi
Tu aimes quelle matière? J'aime les maths/ le français/ etc.
Tu habites où? J'habite à ........ (woonplaats)

Slide 6 - Tekstslide

Welke vormen van aller ken jij nog?

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

un petit test....

Slide 9 - Tekstslide

Tu (aller)
A
vais
B
as
C
es
D
vas

Slide 10 - Quizvraag

Martin....au marché.
A
va
B
vont
C
vas
D
vais

Slide 11 - Quizvraag

Isabelle et Benjamin ....
au restaurant
A
vais
B
vont
C
va
D
allons

Slide 12 - Quizvraag

Mes parents.......en vacances.
A
allez
B
va
C
vont
D
allons

Slide 13 - Quizvraag

Marc .............. parler avec son père.
A
vas
B
vais
C
va
D
vont

Slide 14 - Quizvraag

dernière question...

Slide 15 - Tekstslide

Mon frère ......au collège.
A
vont
B
allons
C
va
D
vais

Slide 16 - Quizvraag

Le verbe aller au futur proche

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Futur proche = aller + infinitief

Slide 19 - Tekstslide

alphabet
Welke letters wijken af? 
Noteer de letters die afwijken in je document: 
aantekeningen Frans

Slide 20 - Tekstslide

In twee/drietallen
Spel de woorden in het Frans:
chambre                                 chaise
lit                                                escalier
porte                                         jardin
table                                          voiture
appartement                         cuisine
jouw eigen voor- en achternaam!

Slide 21 - Tekstslide

Tu peux épéler ton nom?
Kun jij je naam spellen??

Slide 22 - Tekstslide

noteer de woorden die je hoort
1
2
3
4
5

Slide 23 - Tekstslide

écouter
de weg wijzen:
tout droit: rechtdoor
à gauche: links
à droite: rechts
les feux: de stoplichten
doornemen voca appr 4

Slide 24 - Tekstslide

à gauche
naar links
on va....
we gaan.....
à droite
naar rechts
en avance
naar voren
en arrière
naar achteren

Slide 25 - Tekstslide

zelfstandig werken
Maak de opdrachten die klaarstaan in Learnbeat. Gebruik je oortjes!

Klaar? Ga alvast leren voor de SO van volgende week. De lesstof vind je in week 23. Lees dit goed door!!

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

in 2/3 tallen
Spel 3 Franse woorden, laat je buurman/buurvrouw het opschrijven.
Kloppen de woorden?

Slide 28 - Tekstslide

é  of è?

Slide 29 - Tekstslide

hoe spreek je dit woord uit?
élève

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide