Thema 3 Genetica BS3 Monohybride kruisingen


Wat heeft Gregor Mendel  te maken met hoe groot het risico is dat ik net zoals mijn vader vroegtijdig kaal ga worden? 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Wat heeft Gregor Mendel  te maken met hoe groot het risico is dat ik net zoals mijn vader vroegtijdig kaal ga worden? 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 3.3 Monohybride kruisingen
  • Je kunt van een monohybride kruising een kruisingsschema opstellen.
  • Je kunt de frequentie van genotypen en fenotypen van nakomelingen bij een monohybride kruising afleiden uit een kruisingsschema of stamboom.

Slide 2 - Tekstslide

Je geeft je genen door via eicellen en zaadcellen. 

Deze bevatten de helft van jouw chromosomen.

Van ieder paar 1.

Slide 3 - Tekstslide

Monohybride Kruising
Overerving van 1 eigenschap
1 eigenschap = 1 genenpaar

overerven = het doorgeven van erfelijke eigenschappen van ouder op kind

Slide 4 - Tekstslide

'monohybride kruisingen' 
Een enkele eigenschap, (vb. vachtkleur)

Slide 5 - Tekstslide

'monohybride kruisingen' 
Hoe pak je dit aan? 
  1. Wat zijn de fenotypen van de ouders?
  2. Wat zijn de genotypen van de ouders? 
  3. Welke allelen kunnen de geslachtcellen van                                                       beide ouders bevatten?  
  4. Welke mogelijkheden bestaan er                                                                                       voor de versmelting van een eicelkern                                                                       en een zaadcelkern? => Kruisingsschema



Het gen voor  bruine vachtkleur erft dominant over. Twee (heterozygote) bruine labradors  paren, wat is de kans op blonde puppy's? 

Slide 6 - Tekstslide

A = bruin, a = blond

P:                fenotype: ............................ x ...............................
                   genotype: ........................... x ...............................
Geslachtscellen:      ......... of ...........         ........  of ...........

Kruisingsschema

Slide 7 - Tekstslide

A = bruin, a = blond
                                               vrouw:          man:
P:                fenotype:            bruin  x   bruin
                   genotype:               Aa    x      Aa
Geslachtscellen:                    A of a       A of a

Kruisingsschema
A
a
A
AA
Aa
a
Aa
aa

Slide 8 - Tekstslide

Thema 4
Genetica
Monohybride kruisingen

Slide 9 - Tekstslide

- 257 wit
- 749 paars

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

1

2

3

Slide 14 - Tekstslide

Wat is de F2???
 Bij planten kan de F2 ook ontstaan na zelfbestuiving van planten in de F1. Hierbij wordt stuifmeel van meeldraden overgebracht op de stempels van bloemen die zich aan dezelfde plant bevinden.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

één regel bij
autosomale kruisingen!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Oefenen met stambomen
  • Werkblad stambomen + monohybride kruisingen (nakijken) 
  • Opdracht 37 & 38 
    (beter om deze op papier uit te werken, want online klopt de opgave niet). 

 

Slide 19 - Tekstslide

                         opdr 38    (DNA technieken)

Slide 20 - Tekstslide