Onderzoek doen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 4

Veldwerkopdracht biologie

Planning komende lessen

Les 1 (vandaag): Uitleg stappen onderzoek doen
Les 2: Naar buiten! 

Les 3: Werkboekje in de les afmaken 

Cijfer telt 1 x mee (Net zo zwaar als theorie toets) 

Leerdoelen

1. Na vandaag kan ik de stappen van biologisch onderzoek doen benoemen. 

2. Na vandaag kan ik een onderzoeksvraag opstellen.

3. Na vandaag kan ik benoemen wat er in een werkplan staat.

Onderzoek doen

1. Onderzoeksvraag

2. Hypothese 

3. Werkplan 

4. Resultaten

5. Conclusie

1. Onderzoeksvraag

Waar wil jij het antwoord van weten? 

Zo uitgebreid, concreet, gedetailleerd mogelijk. 
Welke is juist? 

- Groeit een kamerplant in lokaal 1.1 beter in zonlicht dan in de schaduw? 

- Groeit een plant beter in de zon dan in de schaduw? 

2. Hypothese

Wat verwacht jij wat het antwoord gaat zijn op de onderzoeksvraag? (Nooit fout!)

3. Werkplan

Materialen

Hoe ga je het onderzoek uitvoeren? 

Beschrijving proefgroep en controle groep (behalve de onderzoekende factor verschilt, verder alles hetzelfde)

Voorbeeld werkplan

Voor dit onderzoek heb ik 2 dezelfde kamerplanten nodig. Ik zet één van de twee kamerplanten in het zonlicht (proefgroep). De andere kamerplant zet ik in de schaduw (controlegroep). De andere factoren (zoals temperatuur) zijn verder allemaal gelijk. 

Materiaal: meetlint, 2 planten. 

4. Resultaten

Foto's, tabel, grafiek etc. 

Nog geen conclusie trekken, alleen neerzetten wat er uit het onderzoek is gekomen.

5. Conclusie

Geef antwoord op de onderzoeksvraag met behulp van de resultaten. 

Ook kom je terug of jouw hypothese klopte met de werkelijke conclusie. 

Lees de tekst:

Wat is de juiste controlegroep bij dit onderzoek?

1. Een groep niet-sporters die een hersenschudding gehad hebben
2. Een groep niet-sporters die geen hersenschudding gehad hebben
3. Een groep sporters die geen hersenschudding gehad hebben

Lees de tekst:

Lichaamsgewicht:

Uit onderzoek is gebleken dat mensen die regelmatig een lange afstand fietsen, minder wegen dan mensen die niet of nauwelijks fietsen. Om tot deze conclusie te komen, hebben onderzoekers twee groepen mensen met elkaar vergeleken. de ene groep mensen fietste iedere dag 25 km en de andere groep fietste niet of nauwelijks.

Noteer een onderzoeksvraag die bij dit onderzoek past.

Voor het onderzoek hebben veel mensen zich opgegeven: 200 mannen en 100 vrouwen in de leeftijd van 40 tot 50 jaar. De onderzoekers hebben maar 200 mensen nodig voor het onderzoek.

In de tabel zie je 3 mogelijkheden.

Welke indelingen zijn het geschikt voor dit onderzoek?

1. Indeling 1 en 2
2. Indeling 1 en 3
3. Indeling 2 en 3
4. Indeling 1,2,3

Lees de tekst

Bas onderzoekt de invloed van licht op de groei van kiemplantjes. Hij stopt een aantal gekiemde bruine bonen in een pot met vochtig filtreerpapier. De pot zet hij in een zwarte, ondoorzichtige zak (zie afbeelding 1).

Bij de bespreking zegt zijn docent dat hij de controleproef mist. In afbeelding 2 zie je drie mogelijkheden voor een controleproef.

Welke letter geeft de juiste controleproef aan voor het onderzoek van Bas?

1. Q
2. R
3. S

Noteer een onderzoeksvraag die bij dit onderzoek past.

Leerdoelen behaald?

1. Na vandaag kan ik de stappen van biologisch onderzoek doen benoemen.

2. Na vandaag kan ik een onderzoeksvraag opstellen.

3. Na vandaag kan ik benoemen wat er in een werkplan staat.