Vraag je af of een onderwerp wel op de agenda van deze vergadering thuishoort.
Verspil vergadertijd zo min mogelijk aan het geven en delen van informatie.
Beloon laatkomers niet door op ze te wachten.
Vergader kort, liefst maximaal een uur. Langer? Dan na 1 tot 1,5 uur even pauze.
Kies voor een deel van de agenda eens voor een andere vergadervorm.
Zorg voor een goede agenda mét tijdsplanning.
Vergader niet te gehaast, maar bewaak wel het tempo.
Bespreek bij besluiten wie wat wanneer doet; (actie- en besluitenlijst).
Eenmaal genomen besluiten moeten staan.