2VMBO LW, ZN en BN

Woordsoorten
Doel
Je kunt lidwoorden, 
zelfstandige naamwoorden en 
bijvoeglijke naamwoorden 
herkennen in een zin.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Woordsoorten
Doel
Je kunt lidwoorden, 
zelfstandige naamwoorden en 
bijvoeglijke naamwoorden 
herkennen in een zin.

Slide 1 - Tekstslide

Startopdracht
Vul een passend woord in:

Het ............... feest
De ...................... leerlingen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video



Is het onderstreepte woord een lidwoord?
De bezorger heeft het pakket net bij de buren gebracht.
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een lidwoord?
Ik bedenk het me net pas!
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een lidwoord?
Een of andere postbode heeft de brief bezorgd.
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een lidwoord?
Een postbode heeft de brief bezorgd.
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

Een postbode heeft de brief bezorgd.
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

Ik heb de informatie over het feest niet ontvangen.
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

De mannen werken hard aan de verbouwing bij ons thuis.
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

De mannen werken hard aan de verbouwing bij ons thuis.
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

De werken van Van Gogh zijn werkelijk prachtig.
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een zelfstandig naamwoord?

Ik vind de werken van Rembrandt minder mooi.
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

Maak opdracht 1
Lees de opdracht goed.
Omcirkel de lidwoorden en 
onderstreep de zelfstandige naamwoorden.
timer
5:00

Slide 15 - Tekstslide

Controleer je werk.
Geef jezelf één punt voor elk goed antwoord.
Heb je de lidwoorden onderstreept en de zelfstandige naamwoorden omcirkeld?
Dan mag je jezelf geen punten geven.

Slide 16 - Tekstslide


Hoeveel punten heb je behaald?

Slide 17 - Open vraag

Ik kan lidwoorden herkennen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Ik kan zelfstandige naamwoorden herkennen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll

Slide 20 - Video



Is het onderstreepte woord een bijvoeglijk naamwoord?
De werken van Van Gogh zijn werkelijk prachtig.
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quizvraag



Is het onderstreepte woord een bijvoeglijk naamwoord?
De werken van Van Gogh zijn gisteren gestolen.
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quizvraag



Zijn alle onderstreepte woorden bijvoeglijke naamwoorden?
De mooie werken van kunstenaar Van Gogh zijn gisteren gestolen.
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quizvraag



Zijn alle onderstreepte woorden bijvoeglijke naamwoorden?
De nieuwe bank van mijn ouders is blauw.
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quizvraag

Maak opdracht 2
Lees de opdracht goed.
Omcirkel het bn en onderstreep het zn waar het bij hoort.
timer
5:00

Slide 25 - Tekstslide

Controleer je werk.
Geef jezelf één punt voor elk goed antwoord.
Heb je de bijvoeglijke naamwoorden onderstreept en de zelfstandige naamwoorden omcirkeld?
Dan mag je jezelf geen punten geven.

Slide 26 - Tekstslide


Hoeveel punten heb je behaald?

Slide 27 - Open vraag

Ik kan bijvoeglijke naamwoorden herkennen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Slide 29 - Video

Noem 3 stoffelijke
bijvoeglijke naamwoorden.

Slide 30 - Woordweb

Ik kan stoffelijke bijvoeglijke naamwoorden herkennen in een zin.
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Huiswerk
Maak de opdrachten die je uitgedeeld hebt gekregen.
Zet je naam op de voorkant.
Je maakt de opdrachten op het blad zelf, 
dus niet op een apart blaadje.
Je levert je blad in aan het begin van de volgende les.

Slide 32 - Tekstslide