Het eerste kaartje bevat links het woordje ‘start’ , het laatste kaartje bevat rechts het woordje ‘einde’.
Bedenk eerst vragen en antwoorden voor jullie dominospel. Zorg voor ten minste 24 vragen en antwoorden.
Je kunt ook afbeeldingen gebruiken, maar werk wel telkens met een vraag en een antwoord. (Dus niet een afbeelding doormidden knippen en de ene helft op het ene kaartje en de andere helft op het andere kaartje plakken.)
Maak jullie dominospel, speel het spel daarna en maak een foto van het eindresultaat (controlefoto voor andere teams).
Wissel met andere studenten uit en speel elkaars dominospel. Controleer de antwoorden met behulp van de gemaakte foto’s.