Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Ma 5 februari Meervoud zelfstandige naamwoorden
Meervoud zelfstandige naamwoorden
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Meervoud zelfstandige naamwoorden
Slide 1 - Tekstslide
Spelling meervoud zelfstandige naamwoorden
Bij de meeste woorden schrijf je
en
of
s
achter het enkelvoud
Soms moet je een klinker weghalen of een medeklinker toevoegen.
Als er een verkeerde uitspraak kan ontstaan, schrijf je
’s
.
Als het woord eindigt op
ee
, schrijf je ën erachter.
Slide 2 - Tekstslide
meervoud zelfstandig naamwoord
Slide 3 - Tekstslide
Meervoud zelfstandige naamwoorden
ruit - ruiten
glas - glazen
Drempel - drempels
Slide 4 - Tekstslide
meervoud zelfstandige naamwoorden
Slide 5 - Tekstslide
Welk zelfstandig naamwoord staat in het meervoud?
A
politie
B
liefde
C
goederen
D
postzegel
Slide 6 - Quizvraag
Spelling H3/H4
Wat is het meervoud van het zelfstandig naamwoord :
ski
A
Skiën
B
Ski's
Slide 7 - Quizvraag
Spelling H3/H4
Wat is het meervoud van het zelfstandig naamwoord:
monnik
A
Monnikken
B
Monniken
Slide 8 - Quizvraag
Als een zelfstandig naamwoord in het enkelvoud eindigt op -ee, maak je het
meervoud met
A
-een
B
-ën
C
-en
D
eën
Slide 9 - Quizvraag
Heeft het eerste gedeelte van het zelfstandig naamwoord een s als meervoud dan schrijf je e
A
groentensoep
B
groentesoep
Slide 10 - Quizvraag
meervoud van zelfstandige naamwoorden: Baby en pasta
A
babys en pastas
B
baby's en pastaas
C
baby's en pasta's
D
babys en pasta's
Slide 11 - Quizvraag
Wanneer schrijf je het meervoud van een zelfstandig naamwoord met -ieën?
A
als de klemtoon niet op de laatste lettergreep valt.
B
als de klemtoon wel op de laatste lettergreep valt.
C
als een woord in het enkelvoud op -ee eindigt.
D
door het op te zoeken op google :)
Slide 12 - Quizvraag
Het zelfstandig naamwoord kan in het enkelvoud of meervoud staan.
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Welk meervoud van een zelfstandig naamwoord op een -ie is verkeerd geschreven?
A
Democratieën
B
Categorieën
C
Kolonieën
D
Knieën
Slide 14 - Quizvraag
Spelling H3/H4
Wat is het meervoud van het zelfstandig naamwoord :
knie
A
Kniën
B
Knies
C
Knieën
Slide 15 - Quizvraag
Klopt deze spellingsregel?
Sommige zelfstandig naamwoorden hebben twee vormen in het meervoud.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Spelling H3/H4
Wat is het meervoud van het zelfstandig naamwoord:
Paragraaf
A
Paragrafen
B
Paragraven
Slide 17 - Quizvraag
Het meervoud van een zelfstandig naamwoord dat op EAU eindigt krijgt altijd 's.
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 18 - Quizvraag
Huiswerk di 6 februari
Spelling blok 3
Maken opdr. 5 t/m 8
Blz.145 t/m 147
Slide 19 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
1HV Meervoud van zelfstandige naamwoorden
April 2024
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
1HV Meervoud van zelfstandige naamwoorden
November 2024
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
11-4 Meervoud van zelfstandige naamwoorden
Januari 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Ma 16 jan Meervoud van zelfstandige naamwoorden
April 2023
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
1HV Meervoud van zelfstandige naamwoorden
Oktober 2024
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
1HV Meervoud van zelfstandige naamwoorden
Oktober 2023
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Nieuw-Nederlands - Cursus 7 - Paragraaf 4
Augustus 2023
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
AR1 Spelling H4
Juni 2023
- Les met
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1