6.2: fascisme en nationaalsocialisme

6.2 Fascisme en nationaalsocialisme
  • Je weet de overeenkomsten tussen het fascisme, communisme en nationaalsocialsime
  • Je kan uitleggen of de bierkellerputsch succesvol was
  • Je  kan uitleggen wat Hitler tijdens zijn gevangenschap heeft gedaan
  • Je kan uitleggen hoe massamedia heeft bijgedragen aan de opkomst van totalitaire staten zoals Duitsland en Italië
  • Je kan uitleggen hoe de rassenleer heeft bijgedragen aan WOII
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6.2 Fascisme en nationaalsocialisme
  • Je weet de overeenkomsten tussen het fascisme, communisme en nationaalsocialsime
  • Je kan uitleggen of de bierkellerputsch succesvol was
  • Je  kan uitleggen wat Hitler tijdens zijn gevangenschap heeft gedaan
  • Je kan uitleggen hoe massamedia heeft bijgedragen aan de opkomst van totalitaire staten zoals Duitsland en Italië
  • Je kan uitleggen hoe de rassenleer heeft bijgedragen aan WOII

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...ken je de begrippen fascisme, ideologie, nationaalsocialisme, racisme, rassenleer en massamedia. (R)
...kan je de kenmerken van het fascisme en nationaalsocialisme benoemen en herkennen. (T1)
...kan je beschrijven hoe en waarom de staatsgreep van Hitler mislukte. (T1)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.
Op de bron
Blz. X

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.
Op de bron
Blz. X

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nationaalsocialisme
Beide
Fascisme
Militaristisch
Nationalistisch
Censuur
Propaganda
Geweldsverheerlijking
Racistisch
Antisemitisch
Duitsland
Italië

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een totalitaire samenleving
A
Een samenleving waarbij de staat totale controle heeft
B
Een samenleving gebaseerd op religieuze principes
C
Een samenleving met gelijke rechten voor alle burgers
D
Een democratische samenleving met vrijheid van meningsuiting

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het fascisme oorzaken
  • genoegen nemen met minder na WO I
  • economisch ging het slecht
=
grote stakingen en demonstraties van communisten
> zwarthemden bestreden de communisten en stakers > wilden één sterke leider aan de macht.
1922 Zwarthemden plegen staatsgreep
In het midden zie je Benito Mussolini (met rood/gele band om zijn zwarte hemd). Hij viert hier samen met zijn aanhangers, de zwarthemden, de machtsovername in Italië in 1922.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het fascisme

Mussolini ontwikkelt het fascisme tot ideologie:
  1. Eén sterke leider
  2. Nationalisme
  3. Militarisme
  4. Totalitaire samenleving
  5. Strenge censuur
  6. liet zich Il Duce noemen
1922 Zwarthemden plegen staatsgreep
In het midden zie je Benito Mussolini (met rood/gele band om zijn zwarte hemd). Hij viert hier samen met zijn aanhangers, de zwarthemden, de machtsovername in Italië in 1922.
fascisme
Ideologie die bestaat uit hevig nationalisme, militarisme en het geloof en vertrouwen in één sterke leider. 
ideologie
Samenhangend geheel van ideeën en standpunten.
nationalisme
Erg trots zijn op alles dat met je eigen volk, land en cultuur te maken heeft.
militarisme
Erg trots zijn op alles dat met het leger van jouw land te maken heeft (zoals uniformen, geweren, medailles etc.).
censuur
Het controleren en indien nodig verbieden of schrappen van berichtgeving in de media en/of persoonlijke communicatie.

Slide 8 - Tekstslide

Weetje: de Romeinse groet (beter bekend als de Hitlergroet) wordt ook toegepast bij de fascisten (vanaf 1923). 
Het is oorspronkelijk een Romeinse groet waarbij de rechter arm volledig wordt uitgestrekt, met de handpalm naar beneden en de vingers tegen elkaar. Binnen de nazi partij werd deze groet in 1926 ingevoerd. 
Kanttekening: geen enkele Romeinse tekst geeft deze omschrijving en de Romeinse kunst gaat hier niet duidelijk op in (wordt meer gezien als losse groet). 

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De staatsgreep van Hitler
  • Duitse nederlaag WO I
  • Vernedering Verdrag van Versailles
  • Republiek van Weimar kon Duitsland niet redden

Volgens Hitler kon alleen een sterke leider dat. Keek af bij Mussolini en wilde dat ook. 

> pleegde in 1923 een staatsgreep (Bierkellerputsch).
> mislukte en Hitler kreeg 5 jaar cel 
1923 Bürgerbräukeller
Vergadering van de NSDAP op 8 november 1923. Hier in deze zaal kwamen hoge ambtenaren van de deelstaat Beieren bij elkaar. In deze zaal zou Hitler zijn staatsgreep plegen. De buitenkant werd volledig omsingelt door SA mannen en riep hij de revolutie uit. Op 11 november werd hij opgepakt en was de revolutie mislukt. 
staatsgreep
Het illegaal afzetten van een regering door een kleine groep mensen (meestal door het leger) om deze te vervangen door een andere regering (meestal van deze personen). 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het nationaalsocialisme (nazi's)
In 1924 schreef Hitler zijn boek Mein Kampf (mijn strijd). Hierin zette hij de ideologie van de nationaalsocialisten uiteen.
  1. Eén sterke leider
  2. Nationalisme
  3. Militarisme
  4. Totalitaire samenleving
  5. Censuur
  6. Liet zich de Führer noemen
  7. Racisme (n.a.v. de rassenleer)
Verspreidde zijn ideeën via massamedia.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ubermenschen vs. untermenschen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Massamedia
  • Ideeën op grote schaal verspreiden
  • Massabijeenkomsten
  • Inzet massamedia zoals krant, radio en beeld (bios)
  • Machtsovername in 1933

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was de belangrijkste reden voor Hitlers opkomst?
A
Economische crisis na WOI
B
Verlies van WOII
C
Steun van de communisten
D
Internationale handelsverdragen

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bestudeer de bron. Welk kenmerk van het fascisme past het beste bij de bron. Leg je antwoord uit met een bronelement.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bestudeer de bron. Leg aan de hand van een bronelement uit dat de spotprent gemaakt is door een nazi

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit de rassenleer een oorlog noodzakelijk maakte
A

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tegen welke politieke ideologie verzette de zwarthemden zich?
A
Liberalisme
B
Socialisme
C
Nationaalsocialisme
D
Communisme

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen kernmerk van het fascisme?
A
Sterke leider
B
Vrijheid van meningsuiting
C
Nationalisme
D
Militarisme

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen fascisme en nationaalsocialisme

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat waren de doelwitten van Hitlers beleid t.a.v. Lebensraum
A
Zuid-Amerikaanse landen
B
Afrikaanse kolonies
C
Oost-Europese landen
D
West-Europese landen

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem minimaal 2 groepen die Hitlers rassenleer als 'untermensch' classificeerde

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Werkboek blz:
Leerboek blz:

Opdracht: 15, 16, 19, 21, 22, 24, 28

Klaar?
Maak een tijdlijn over het verloop van WOII in word. Zet alle (volgens jou) belangrijke gebeurtenissen in chronologische volgorde met een korte omschrijving wat er gebeurt. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jaartallen uit deze les
1922 - Mussolini komt aan de macht in Italië
1923 - Bierkellerputsch
1924 - Hitler schrijft Mein Kampf
1933- Hitler komt aan de macht

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen uit deze les
  • fascisme
  • nationaalsocialisme
  • communisme
  • ideologie
  • nationalisme
  • totalitaire samenleving
  • censuur
  • staatsgreep
  • racisme
  • rassenleer
  • massamedia 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Personen uit deze les

  • Benito Mussolini
  • Adolf Hitler

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over de lesstof die je niet goed hebt begrepen.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies