Spelling hoofdstuk 4: woorden korter schrijven (+ herhaling ww-spelling)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Spelling

Woorden korter schrijven
&
werkwoordspelling

Doel van de les

Na deze les heb je geoefend met woorden verkorten (afkortingen) en hebben we de werkwoordspelling herhaald.

Raadsel

Welke letter hoort er niet bij?

Werkwoordspelling

• Persoonsvorm (tegenwoordige tijd/verleden tijd)
• Voltooid deelwoord
• Onvoltooid deelwoord
• Werkwoord als bijvoeglijk naamwoord
  

Hoe spel je de werkwoorden?

[leiden] deze weg naar Wassenaar of [belanden] ik straks in Scheveningen?

Hoe spel je de werkwoorden?

[aanvaarden] je broer nog steeds niet je excuses, omdat je hem hebt [misleiden]?

Hoe spel je de werkwoorden?

Zo nu en dan [rondkijken] [proberen] de zakkenroller een geschikte kandidaat te vinden.

Hoe spel je de werkwoorden?

Het pas [verbanden] huis is door de bewoners helemaal opnieuw [verven].

Wat weet je nog over
woorden korter schrijven?

m.a.w.

Afkorting

Letterwoord

Initiaalwoord

Verkorting

Symbool

km/h

wc

ufo

prof

Plaats hier je foto van je gemaakte opdrachten (opdr. 1 + 2 blz. 130-131)

Antwoorden opdr 1

dj = diskjockey
2 havo = hoger algemeen voortgezet onderwijs
3 hbo = hoger beroepsonderwijs
4 hfst = hoofdstuk
5 IQ = intelligentiequotiënt

6 jl. = jongstleden

7 KLM = Koninklijke Luchtvaart Maatschappij
8 m.b.v. = met behulp van
9 w.b. = wat betreft
10 yup = young urban professional

Antwoorden opdracht 2

(vr. 1 +2)

a afk. – afkorting
b a.u.b. – afkorting
c blz. – afkorting
d CS – initiaalwoord
e EHBO – initiaalwoord

f e.a. – afkorting
g excl. – afkorting
h havo – letterwoord
i horeca – verkorting
j Li – symbool

Spelletje!

• Ga naar www.kahoot.it

• Vul de gamepin in (andere scherm) 
• Beantwoord de vragen: weet jij waar de afkorting voor staat?
  

Huiswerk

Huiswerk voor dinsdag 3 februari
Opdracht 5 maken blz. 131
Maak een foto van je gemaakte werk
Deze foto lever je volgende les in via LessonUp