In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Les 23.1 - modelleren
Lesplanning:
Opstart
Modelleren (30 min)
Herhaling H5 straling & gezondheid
Oefenopgave H5 + modelleren
Bespreken oefenopgave
Slide 1 - Tekstslide
Planning laatste weken
Planning gewijzigd omdat in 5VWO meer lessen hebben met het 60-minutenrooster.
Week
Les 1
Les 2
19
Afronden PO biofysica + Herhaling H2
Hemelvaart
20
Veldwerk BIO
Herhaling H2 + H4
21
Pinksteren
Herhaling H2 + H4 modelleren
22
Herhaling H2 + H4 modelleren
Herhaling H1 + modelleren
23
Herhaling H5 + modelleren
Geen les - toetsweek
24
CTW:CP H1, H2, H4 en H5
Slide 2 - Tekstslide
Tips
voorbereiding
toets
Oefenen met:
eindopgaven in je boek
natuurkundeuitgelegd.nl examenopgaven
wetenschapsschool.nl overzichtelijke theorie met filmpjes en oefenopgaven
Slide 3 - Tekstslide
Aan de slag
Modelleren deel 4- schaatsen
Ga verder waar je was gebleven.
timer
20:00
Slide 4 - Tekstslide
Herhaling H5 straling en gezondheid
Slide 5 - Tekstslide
Straling
Slide 6 - Tekstslide
Kernstraling
Slide 7 - Tekstslide
Kernstraling
vervalvergelijking
Slide 8 - Tekstslide
Gaat straling overal doorheen?
Slide 9 - Tekstslide
Halveringsdikte en
dracht
Slide 10 - Tekstslide
Een stof laat 75% van de opvallende gammastraling door. De dikte van de stof is:
A
precies de halveringsdikte.
B
kleiner dan de halveringsdikte.
C
groter dan de halveringsdikte.
D
precies twee halveringsdiktes.
Slide 11 - Quizvraag
Halveringsdikte de formule
Slide 12 - Tekstslide
Bij het maken van een röntgenfoto wordt straling gebruikt met een intensiteit van 1,2 mW. De intensiteit van de straling die door het bot heen is gekomen is 1,4 * 10⁻⁴ W. De halveringsdikte van bot is 1,08 cm Bereken de dikte van het bot.
Slide 13 - Open vraag
Halveringstijd en activiteit:
De halveringstijd van een stof is 8 dagen. Bij het begin van de meting is de activiteit 80 Bq. Hoe groot is de activiteit van de stof 4 dagen na het begin van de meting?
A
20 Bq
B
60 Bq
C
Meer dan 60 Bq
D
Tussen de 20 en 60 Bq
Slide 14 - Quizvraag
Halveringstijd
en Activiteit
Slide 15 - Tekstslide
Welk soort straling is het schadelijkst?
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
De (equivalente)
dosis
D(Gy)=m(kg)Estr(J)
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Oefenopgave radon-219
Bij een ongeluk ademt iemand 3,6·10⁻⁸ μg van het radioactieve gas radon-219 in. Door de relatief korte halveringstijd vervalt 40% van het radon in zijn longen voordat hij het heeft kunnen uitademen.
1. Leg uit of hier sprake is van bestraling of besmetting.
Bij het verval van radon-219 komt er een stralingsenergie van 6,824 MeV vrij. Het vervalproduct vervalt vrijwel meteen hierna met een stralingsenergie van 7,365 MeV.
2. Alle straling die vrijkomt wordt binnen het lichaam geabsorbeerd. Leg uit waarom.
3. Bereken de effectieve lichaamsdosis die de longen ontvangen hebben. Ga hierbij uit van een massa van 12 g van het bestraalde oppervlak van het longweefsel. WR = 20 · 0,12 = 2,4 (20 vanwege de α en 0,12 vanwege longen (zie tabel 27D)
Klaar: Ga verder met modelleren.
Slide 20 - Tekstslide
Oefenopgave radon-219
vraag b:
In BINAS tabel 25A vinden we dat zowel 21986 Rn als het vervalproduct 21584 Po α-stralers zijn. α-straling heeft een klein doordringend vermogen. Dit betekent dat alle straling door de long wordt geabsorbeerd.