H4 WA Hfst 1 paragraaf 2

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Voeg je toe aan deze klas
  1. Ga naar lessonup.app
  2. voer de code nline in

Er is ook een lessonup app. Wanneer je die installeert kom je automatisch in de les als je de app opent. 

Slide 2 - Tekstslide

Planning van de les
  • Terugblik naar de leerdoelen van de vorige les
  • Uitleg leerdoelen deze les
  • Werken aan je huiswerk en eventuele vragen stellen

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen van de vorge les
- Ik kan vermenigvuldigen met breuken.
- Ik kan de rekenvolgorde opnoemen en toepassen.
- Ik kan rekenen met een verhoudingstabel.

 




Slide 4 - Tekstslide

Kersen kosten €1,95 per 500 gram.
Hoeveel kersen kun je kopen voor €3,25?
A
833 gram
B
3 gram
C
12675 gram
D
300 gram

Slide 5 - Quizvraag

1.2 Rekenen met breuken
Je kunt rekenen met breuken( + - x ÷). 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide


153+232=
A
385
B
583
C
4154
D
331

Slide 8 - Quizvraag


431243=
A
2125
B
1125
C
2127
D
1127

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide


324354657687=

Slide 11 - Open vraag


13254=

Slide 12 - Open vraag

Delen door een breuk
Kijk niet naar opgave 16 en de theorie er onder, maar schrijf dit in je boek:

Delen door een breuk is vermenigvuldigen met de omgekeerde breuk.

Slide 13 - Tekstslide

Delen door een breuk

Slide 14 - Tekstslide


9432=
A
278
B
121
C
1218
D
61

Slide 15 - Quizvraag

Dus (aantekening?)
+ en -
Maak de noemers (onderkanten) gelijknamig en doe dan de berekening
(Verwerk de helen eventueel in de breuk)

x
Teller x teller en noemer x noemer (boven x boven en onder x onder)

:
Delen door een breuk is vermenigvuldigen door de omgekeerde breuk.
(verander de : in x en draai de achterste breuk om)

Slide 16 - Tekstslide

huiswerk voor de volgende les:
Zorg dat je de volgende leerdoelen beheerst:
- Je kunt rekenen met breuken( + - x ÷). 

Maak hiervoor minimaal de opgaven 10, 12, 13, 14, 17  en 18 van paragraaf 1.2




Slide 17 - Tekstslide