H1L21- 2HVMC - Dinsdag 24 oktober - Spelling 1.9

Welkom 2HVMC

: )


Planning van dit uur

  • Stillezen of werken aan boekopdracht
  • Date-advies
  • Uitleg + klassikaal oefenen spelling
  • Zelfstandig werken

Aan het einde van deze les
  • weet je hoe je de tegenwoordige en verleden tijd van een werkwoord goed spelt. 
timer
10:00
Zoek een eigen plek
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom 2HVMC

: )


Planning van dit uur

  • Stillezen of werken aan boekopdracht
  • Date-advies
  • Uitleg + klassikaal oefenen spelling
  • Zelfstandig werken

Aan het einde van deze les
  • weet je hoe je de tegenwoordige en verleden tijd van een werkwoord goed spelt. 
timer
10:00
Zoek een eigen plek

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

ik-vorm
ik-vorm + t
Hij [geloven] in God. 


Ja, het is een pv (persoonsvorm). 



Het is tegenwoordige tijd.






Het is enkelvoud.




Ik-vorm = [ik] geloof
Hij-vorm = geloof + t = gelooft

Slide 3 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord [rijden / tegenwoordige tijd] in:

Hij ... in z'n auto op straat.

Slide 4 - Open vraag

Hij rijdt.
Tegenwoordige tijd
Enkelvoud

Ik-vorm + t

Ik-vorm van rijden = rijd
rijd + t
rijdt

Slide 5 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord [rijden / verleden tijd] in:

Hij ... in z'n auto op straat.

Slide 6 - Open vraag

Hij reed.
Verleden tijd
Sterk werkwoord

Je schrijft wat je hoort - maak het langer! 

reed

Slide 7 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord [verhuizen / verleden tijd] in:

Hij ... naar Dordrecht.

Slide 8 - Open vraag

Hij verhuisde.
Verleden tijd
Zwak werkwoord

'T KoFSCHiP X
De stam van verhuizen is verhuiz.
De 'Z' zit niet in 'T KoFSCHiP X

Dus --> D --> verhuisde

Slide 9 - Tekstslide

                   Individueel werken 
timer
6:00
Wat
Maak opdracht 1 van Spelling 1.9 (in je boek) 
Hoe
Individueel, in stilte
Hulp
Geen
Tijd
Tot iedereen klaar is
Uitkomst
Met deze opdracht bepaal je waar je staat 
Klaar
Lees in je leesboek

Slide 10 - Tekstslide

                   Individueel werken 
timer
6:00
Wat
Lees de leertekst 'Tegenwoordige en verleden tijd van werkwoorden' (bladzijde 72). Maak opdracht 1 van 1.9 Spelling (in je boek) 
Hoe
Rustig overleggen
Hulp
Steek je vinger op, dan kom ik langs
Tijd
Tot het einde van de les 
Uitkomst
Deze opdrachten zijn huiswerk
Klaar
 Maak opdracht 3 t/m 5 van 1.9 Spelling

Daar mee klaar? Leer voor de repetite of werk aan je boekverslag. 

Slide 11 - Tekstslide

Samenvatting van de les
Jij
  • weet hoe je de tegenwoordige en verleden tijd van een werkwoord goed spelt. 

Huiswerk 
  • Lees de leertekst 'Tegenwoordige en verleden tijd van werkwoorden' (bladzijde 72). 
  • Maak opdracht 1 + 3 t/m 5 van 1.9 Spelling


Slide 12 - Tekstslide