3.4 Verkiezingen

3.4 Verkiezingen
woensdag 27 november 
H4BCD    
Foto:  Sigrid Kaag, dansend op tafel, 
vlak na de grote zetelwinst bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 van D66
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GMFMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.4 Verkiezingen
woensdag 27 november 
H4BCD    
Foto:  Sigrid Kaag, dansend op tafel, 
vlak na de grote zetelwinst bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 van D66

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  1. Huiswerklezen 3.4 + alle blauwe woorden noteren in je schrift met de betekenis
  2. Huiswerk bespreken. Zijn alle woorden duidelijk geworden?
  3. Artikel lezen + vragen
  4. Uitleg 3.4
  5. Aan de slag met huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Vrijwilligers zijn stembiljetten tellen vaak tot diep in de nacht...

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

PVV-leider Geert Wilders geeft een reactie op de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen 2023

Slide 5 - Tekstslide

Nieuw Sociaal Contract, de nieuwe partij van Pieter Omtzigt, dendert waarschijnlijk met 21 zetels de Tweede Kamer in na de Tweede Kamerverkiezing van 2023

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen 3.4
In deze paragraaf leer je:
  • Waarom stemmen mensen op een bepaalde politieke partij en wat gebeurt er met hun stem?
  • Wat er voor, tijdens en na de verkiezingen gebeurt
  • Waardoor er steeds meer versnippering te zien is in de Tweede Kamer en in Gemeenteraden en wat hiervan de gevolgen zijn

Slide 7 - Tekstslide

Krantenartikel 
  1. Lees het artikel 
  2. Geef antwoord op de vragen en schrijf je antwoorden op in je aantekeningenschrift
  3. Bespreek de antwoorden met je buurman/buurvrouw
  4. Vul je antwoorden eventueel aan
  5. Klassikale terugkoppeling 
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Vragen 
  1.  Wat betekent de zin 'het politieke landschap verbrokkelt verder'? 
  2.  John Bijl zegt in het artikel dat de zwevende kiezer zestig jaar geleden nauwelijks bestond. Hoe verklaart hij dat?
  3. Om welke 3 argumenten is de politicoloog De Blok geen voorstander van de versnippering in de politiek? 
  4. Wat ziet De Blok liever gebeuren in de politiek? En waarom is dit volgens haar een oplossing?
  5. Wat vind jij? is een versplinterde raad met veel partijen democratie op z'n best of is het juist heel onhandig? Leg je antwoord uit.

Slide 9 - Tekstslide

Antwoorden 
  1. Steeds meer partijen vertegenwoordigen de burger in kleine fracties. Ook in de Tweede Kamer is dit te zien met een record van 20 fracties.
  2. Dat de groep zwevende kiezers groter is geworden komt door ontwikkelingen als de ontzuiling en individualisering. Vroeger wist men waarop je ging stemmen: op je eigen zuil: katholiek/protestant/liberaal. Nu maken mensen hun eigen keuzes en is er ook meer te kiezen. 
  3. Moeilijk om een coalitie te vormen/het is lastig besturen/het is voor een eenmansfractie heel veel werk naast je baan/de uitvoerbaarheid is lastig

Slide 10 - Tekstslide

Antwoorden
4. Samenwerking, zo kun je een grotere tegenmacht bieden in de oppositie en meer invloed uitoefenen op het beleid.
5. Eigen antwoord

Slide 11 - Tekstslide

Wie hebben kiesrecht?
  • In Nederland hebben alle Nederlanders van 18 jaar en ouder actief kiesrecht. Dat is het recht om bij verkiezingen je stem uit te brengen.

  • Passief kiesrecht is het recht om je verkiesbaar te stellen. Dat kun je doen via een politieke partij die jou op de kieslijst plaatst. Je kunt ook een eigen politieke partij oprichten.

  • Nederland is dus een indirecte democratie dus het volk kiest vertegenwoordigers.

  • Deze volksvertegenwoordigers nemen namens het volk beslissingen 

Slide 12 - Tekstslide

Verkiezingen

Slide 13 - Tekstslide

Strijd om de kiezer
  • Partijen hebben een verkiezingsprogramma met daarin hun standpunten (denk aan de PO's!)
  • Verkiezingsleus 
  • De bekendste kandidaat is de lijsttrekker en staat op nummer 1 op kandidatenlijst. Hij of zij is het gezicht van de partij op tv en sociale media. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Op campagne
  • campagneteam
  • strategie bepalen: waar leg je de nadruk op?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Rol van de media

Slide 20 - Tekstslide

Motieven om te stemmen
  • Standpunten komen overeen met jouw ideeën  zoals 
       klimaat, opkomen voor lage inkomens, groener Nederland
  • De partij let goed op jouw belangen 
      economische vrijheid, uitgebreide verzorgingsstaat
  • Je stemt strategisch
        je laat je ideaal los
  • De persoon van de lijsttrekker trekt je aan 
        je stemt op een vrouw, je wilt het beste voor jouw regio

Slide 21 - Tekstslide

Stemmen

Slide 22 - Tekstslide

Verkiezingen
  • In Nederland geldt bij de zetelverdeling het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. Dat betekent: alle  uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het totale aantal zetels. Krijgt een partij 10% van de stemmen dan krijgt zij ook 10% van de 150 zetels, dus 15 zetels in de Tweede Kamer.
  • Einde van de avond op de verkiezingsdag is uitslag bekend.
  • Verkiezingsuitslag wordt geaccepteerd, de lijsttrekkers houden hun speech en men geeft elkaar felicitaties. 
  • De bevolking moet erop kunnen vertrouwen dat de regering plaatsmaakt voor nieuwe volksvertegenwoordigers en komen daartegen niet in opstand.

Slide 23 - Tekstslide

Evenredige vertegenwoordiging
Zie opdracht 12 in je boek!

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
Huiswerk: maken van 3.4:  opdracht 12, 13, 14 en 15 acd
(belangrijke vragen!)

Slide 26 - Tekstslide

In Nederland geldt bij de zetelverdeling het stelsel van evenredige vertegenwoordiging.
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

'De winnaar krijgt alles'
Waar past dit bij?
A
evenredige vertegenwoordiging
B
districten- of meerderheidsstelsel

Slide 28 - Quizvraag

Passief kiesrecht is het recht om je verkiesbaar te stellen.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Partijen stellen voor de verkiezingen een campagneteam samen. Hierin zitten ..........................................., dat zijn communicatiedeskundigen die de lijsttrekker adviseren over een zo positief mogelijk imago. Welk woord moet op de stippellijn staan?

Slide 30 - Open vraag

Zwevende kiezers zijn kiezers die bij elke verkiezing op dezelfde partij stemmen.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag

We zien zowel versnippering in de Tweede Kamer als in veel gemeenteraden door het land
A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quizvraag

ChristenUnie
PVV
VVD
CDA
FvD
GroenLinks
SP
D66
PvdA
Partij voor de Dieren

Slide 33 - Sleepvraag