Week 6 doorstroom niveau 3

DOORSTROOM   WEEK 6.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Doorstroom niv.3MBOStudiejaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

DOORSTROOM   WEEK 6.

Slide 1 - Tekstslide

Leervragen week 6
  • Waarom moet je betalingen van inkoopfacturen controleren aan de hand van bankschriften?
  • Wat is een lijst met openstaande posten crediteuren, en wat moet je daarmee doen als assistent business services?
  • Noem een voorbeeld van een betaalconditie.
  • Noem 3 belangrijke aanwijzingen ( en leg uit) bij zakelijke chatgesprekken? 

Slide 2 - Tekstslide

week 6 Opdrachten
Gerritsen Exact Online
3.7 + 3.8 + 3.9
Betalingen van inkoopfacturen controleren aan de hand van bankschriften, en betalingscondities toevoegen.
Sla de opdrachten op in de derde map: B1-K1-W3

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn betalingscondities?
Voorwaarden van betalen
Dat kan zijn: (vaste) kortingen, termijnen waarin betaald moet worden of dat vooraf alles betaald moet worden.

Slide 4 - Tekstslide

Beroep week 6: dag 2
B1-K1-W1: Extra oefenen:
Taakmodule chat 1 maken 2, 3, 4 en 5

 resultaten opslaan in Taakmodules: submap: Chat 

Slide 5 - Tekstslide

CHAT: belangrijk is de juiste tone of voice!
......is de stijl waarin
mensen communiceren.
 
Een tone of voice kan formeel zijn of
juist informeel, serieus of juist
luchtig, direct of indirect,
commercieel of informatief,
technisch of juist toegankelijk.

Slide 6 - Tekstslide

In een zakelijke chat schrijf je in je
tekstballon:
A
Formuleer je korte en bondige antwoorden door maximaal één alinea per tekstballon met één kernboodschap per alinea
B
Formuleer je een uitvoerig antwoord desnoods in meerdere alinea's per tekstballon zodat je boodschap duidelijk overkomt.

Slide 7 - Quizvraag

Chattaal...ook te gebruiken in je zakelijke chat?
 Chattaal wordt vooral door
jongeren gebruikt en kent veel
afkortingen die geen officiële
afkortingen uit de Nederlandse
taal zijn. Dit soort afkortingen
gebruik je 
niet 
in zakelijke
chatgesprekken

Slide 8 - Tekstslide

Welke chattaal zou jij BETER NIET kunnen gebruiken in een zakelijke chat

Slide 9 - Woordweb

Wat is een juiste schrijfstijl?
Een vriendelijke en
positieve schrijfstijl.
Gebruik bijvoorbeeld veel
positieve woorden als ‘ja’, ‘wel’,
‘oplossing’, ‘kunnen’. 
Gebruik zo min mogelijk negatieve woorden 
zoals ‘niet’, ‘nooit’, ‘probleem’,
‘geen’, ‘wachten’ en ‘lang’.

Slide 10 - Tekstslide

Mag je empathisch zijn in een zakelijke Chat?
A
Nee, het betreft zakelijke communicatie en daar toon je dus geen gevoel in.
B
Ja, ook bij zakelijke communicatie is empathie tonen en ingaan op gevoelens die mensen hebben en meeleven juist belangrijk!

Slide 11 - Quizvraag

Vertrouwelijk...
Pas op dat je geen vertrouwelijke informatie geeft
 over je eigen bedrijf of collega's 
of over klanten in de chat. (A.V.G)

Slide 12 - Tekstslide

Beroep week 6: dag 2
B1-K1-W1: Extra oefenen:
Taakmodule chat 1 maken 2, 3, 4 en 5

 resultaten opslaan in Taakmodules: submap: Chat 

Slide 13 - Tekstslide