4.1 Oriëntatie

Kooplieden, kerken en staten
Hoofdstuk 4




1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Kooplieden, kerken en staten
Hoofdstuk 4




Slide 1 - Tekstslide

In deze les
-Introductie H4
-Oriëntatie maken


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les...
Snap je waar het volgende hoofdstuk over gaat.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Tijd van steden en staten: 1000-1500
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo'n kerk.
stadspoort
Een poort is iets waar je onderdoor kan lopen. Je kan een poort ook afsluiten, zodat er niemand meer doorheen kan. Een stadspoort is dan de poort van een stad.

Slide 5 - Tekstslide

1000-1500
Bron: De stadspoort van de Middeleeuwse stad werd bewaakt. (blz. 71)

Slide 6 - Tekstslide

Waar denk je aan bij:
STEDEN

Slide 7 - Woordweb

Waar denk je aan bij:
STATEN

Slide 8 - Woordweb

Tijd van steden en staten
1000-1500
Oefenen met de tijdlijn (wisbordje)

Slide 9 - Tekstslide

Tijd van steden en staten
In het vorige tijdvak leefden de meeste mensen op het platteland. Rond het jaar 1000 veranderde dat, er ontstonden nieuwe steden. De mensen in die steden leefden van de handel en nijverheid. Deze mensen wilden graag een eigen bestuur. Dit had grote gevolgen.
platteland
Land dat buiten een stad ligt. Je vindt hier vaak landbouwgrond (met akkerbouw en veeteelt) en dorpen.
handel
Het kopen en verkopen van producten.
nijverheid
Het maken van producten van grondstoffen. Bijvoorbeeld van de grondstof 'wol' wordt het product 'deken' gemaakt.
bestuur
Hoe een stad of land geregeerd wordt.

Slide 10 - Tekstslide

Welke afbeelding past bij het tijdvak waar dit hoofdstuk over gaat?
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

Hoe heet dit tijdvak?
A
Tijd van Grieken en Romeinen
B
Tijd van monniken en ridders
C
Tijd van ontdekkers en hervormers
D
Tijd van steden en staten

Slide 12 - Quizvraag

Van wanneer tot wanneer duurt dit tijdvak?
A
Van 500 tot 1000
B
Tot 3000 v. Chr.
C
Van 1000 tot 1500
D
Van 1500 tot 1600

Slide 13 - Quizvraag

Hoe wordt dit tijdvak ook wel genoemd?
A
De prehistorie
B
De oudheid
C
De vroege middeleeuwen
D
De late middeleeuwen

Slide 14 - Quizvraag

Welke woorden en jaartallen passen op de lege plekken?
Tijd van monniken en ridders
Tijd van steden en staten
1000
1500
1600
1
nu

Slide 15 - Sleepvraag

Bekijk de bronnen. Beantwoord daarna de vragen.
Bron: De stadspoort van de Middeleeuwse stad werd bewaakt. (blz. 71)
Bron: Stadswachten in onze tijd. (blz. 71)

Slide 16 - Tekstslide

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswachten hebben een uniform aan."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 17 - Quizvraag

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De kleding van de stadswacht is gemaakt van ijzer."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 18 - Quizvraag

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswachten bewaken de ingang van de stad."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 19 - Quizvraag

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"Stadswachten lopen rond in de stad en letten op kleine overtredingen."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 20 - Quizvraag