§1.2 Botsen en druk #5

§1.2 Druk
Botsende moleculen


Welkom! Log in in LessonUp
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§1.2 Druk
Botsende moleculen


Welkom! Log in in LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Luchtdruk & hoogte

Slide 2 - Tekstslide

Luchtdruk
Bron 3 
De luchtdruk is de kracht die het gewicht van een luchtkolom op 1 m2 uitoefent.

op 1 m2 drukt het gewicht van 10 000 kg lucht. 
Dat is op 1 cm2 (duimnagel) 10 kg (!)

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen / Onderwerpen
  • Je kunt uitleggen hoe druk ontstaat.

  • Je kunt de druk berekenen.
  • Je kunt de druk meten.
    - Barometer
    - Manometer

Slide 4 - Tekstslide

Druk = kracht per oppervlakte
Noteer onderstaande tabel in je aantekeningen (blz 29)
Gebruik tabel 6 van je Binas
Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
Kracht
Oppervlakte
Druk

Slide 5 - Tekstslide

Druk berekenen
Druk=oppervlaktekracht
P=AF

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Een kracht van 450N drukt op een oppervlakte van 2,3 m2. Bereken de druk.
(gebruik de 5 stappen)

Slide 8 - Open vraag

De eenheid van druk is:
A
Pa
B
N/m2
C
g/cm3
D
Ni

Slide 9 - Quizvraag

Als de oppervlakte groter wordt, wordt de druk ook groter.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Wat is druk?
A
Kracht die werkt op een voorwerp
B
De oppervlakte van een voorwerp
C
De kracht die werkt op een oppervlak
D
De snelheid van de moleculen in een gas

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de afkorting voor druk?
A
P (hoofdletter)
B
p (kleine letter)
C
F (hoofdletter)
D
f (kleine letter)

Slide 12 - Quizvraag

Hoe bereken je de druk?
A
oppervlakte x massa
B
oppervlakte x kracht
C
massa : oppervlakte
D
kracht : oppervlakte

Slide 13 - Quizvraag

Als je verder van de af aarde gaat...
A
wordt de druk groter
B
verandert de druk niet
C
wordt de druk kleiner

Slide 14 - Quizvraag

Waarom hebben astronauten zo'n speciale helm nodig?
A
Omdat er geen zuurstof is in de ruimte
B
Omdat de druk in de ruimte anders is dan op aarde
C
Omdat de zwaartekracht te groter is dan op aarde
D
Ook astronauten willen cool zijn...

Slide 15 - Quizvraag

vraag 15 samen

Slide 16 - Tekstslide

Maken (KB)
blz. 26
Opgave 15 t/m 17

Daarna kijken we de vragen na

timer
5:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen / Onderwerpen
  • Je kunt uitleggen hoe druk ontstaat.
  • Je kunt de druk berekenen.

  • Je kunt de druk meten.
    - Barometer
    - Manometer

Slide 18 - Tekstslide

Barometer
Meet de luchtdruk in de ruimte. 
Op zeeniveau (Nederland) is de luchtdruk vaak rond de 1000 hPa 
(of 1000 mbar)

Slide 19 - Tekstslide

Manometer
Meet het verschil met de luchtdruk:
Overdruk

De druk in een autoband is dus: luchtdruk + overdruk = totale druk

Slide 20 - Tekstslide

Druk in Pa of N/m

Standaard: 100 000 Pa

100 000 Pa = 1 000 hPa
Druk in bar 

Standaard: 1 bar

1 bar = 1 000 mbar

1 hPa = 1 mbar

Slide 21 - Tekstslide

Je pompt je band op tot de manometer 2,3 bar aangeeft.
Wat is de absolute druk in de band?
A
2,3 + 1 = 3,3 bar
B
2,3 bar
C
2,3 - 1 bar = 1,3 bar
D
1 bar

Slide 22 - Quizvraag

Maken (KB)
blz. 26 t/m 28
Opgave 18 t/m 29

Daarna nakijken met de PDF in de studiewijzer

timer
20:00
Zelfstandig werken.
Heb je vragen? Check je boek eerst.
Na de timer bespreken we vragen.

Slide 23 - Tekstslide