Thema 2 Les 2 Groep 7 Naar één Europa

Naar één Europa
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Naar één Europa

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Welke uitspraken zijn waar?
A
In 1992 werkten er al vijftien landen in Europa samen.
B
De Europese landen die samenwerkten hadden in 1992 nog geen bestuur.
C
In 1992 werd het bestuur van de Europese Unie opnieuw geregeld.
D
EU betekent hetzelfde als Europese Unie.

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Voordat een land lid wordt van de EU, wordt het eerst.............
A
kandidaat-lid
B
gecontroleerd
C
aangemeld
D
lid van het parlement

Slide 6 - Quizvraag

De regels die gelden binnen de EU, maakt de ............
A
minister-president
B
Europese commissie
C
koning
D
Europees Parlement

Slide 7 - Quizvraag

Het......................controleert de regering van de EU.
A
kabinet
B
koningshuis
C
Europees Parlement
D
kandidaat-lid

Slide 8 - Quizvraag

In Straatsburg of in ..................... vergadert het Europees Parlement.
A
Parijs
B
Londen
C
Den Haag
D
Brussel

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

In de vorige slide stond: Welke route hoort bij het woord "internationaal"?
A
plaatje 1
B
plaatje 2

Slide 12 - Quizvraag

In welke landen is de euro het betaalmiddel?

Slide 13 - Woordweb

Wat bedoelen we met "open grenzen"?
A
Er is geen douane meer. Je kunt vrij reizen naar andere landen binnen de EU.
B
Er zijn geen grenzen.
C
De slagbomen staan open.
D
Je hoeft geen belasting te betalen.

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Wat bedoelen we met "binnengrenzen"?
A
dat je binnen de grenzen blijft
B
dat je binnen komt
C
dat zijn de grenzen tussen de EU-landen
D
dat zijn de provincie-grenzen

Slide 16 - Quizvraag

Wat zijn "invoerrechten"?
A
soort belasting op voedsel
B
soort belasting, die betaald moet worden als goederen een land binnengebracht worden
C
het recht om spullen uit andere landen in te voeren

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video