Good Sam / Barmhartige Samaritaan

Barmhartige Samaritaan
Beste leerlingen, ook deze les gaan jullie weer doen met Lessonup. Dit is belangrijk:

  • bekijk het filmpje en lees de teksten goed door
  • probeer de quizvragen in 1x goed te beantwoorden
  • denk goed na bij de open vragen en zorg dat ik dat kan merken aan je antwoorden.

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Barmhartige Samaritaan
Beste leerlingen, ook deze les gaan jullie weer doen met Lessonup. Dit is belangrijk:

  • bekijk het filmpje en lees de teksten goed door
  • probeer de quizvragen in 1x goed te beantwoorden
  • denk goed na bij de open vragen en zorg dat ik dat kan merken aan je antwoorden.

Slide 1 - Tekstslide

Een "gelijkenis"
  • Een verhaal dat lijkt te gaan over iets alledaags....maar mét een bijzondere boodschap.....
  • Waarom zegt Jezus het niet gewoon?

Slide 2 - Tekstslide

Welke kenmerken heeft een gelijkenis?
A
het is een verhaal over samaritanen
B
het is een verhaal met een vraag
C
het is een verhaal met een boodschap
D
het is een onbegrijpelijk verhaal

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het doel van de gelijkenissen?
A
Jezus wil graag geheimzinnig doen
B
alleen wie het écht wil, vindt de betekenis
C
Jezus houdt van verhalen vertellen
D
alle drie zijn waar

Slide 4 - Quizvraag

Iemand die 'barmhartig' is......
A
kan het niks schelen
B
heeft een zwak hart
C
helpt graag een mens die in moeilijkheden zit
D
hoeft geen betaling

Slide 5 - Quizvraag

Eerst dit:
Je krijgt eerst informatie over de hoofdpersonen. Lees die goed door, daarna krijg je er een paar vragen over.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de taak van een priester?
A
hij moet de mensen vertellen wat God wil
B
hij brengt voor de mensen offers aan God
C
Hij bidt voor de mensen tot God
D
alle drie zijn waar

Slide 10 - Quizvraag

Waar komt het woord 'Leviet' vandaan?
A
Ze zijn familie van Levi , één van de 12 zonen van Jacob
B
Het is een ander woord voor Priesters
C
Zo heten de mensen die helpen in de tempel
D
Alle drie zijn waar

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een Samaritaan?
A
dat is iemand die niet in God gelooft
B
iemand die de joodse wet maar half houdt
C
het zijn dieven en rovers
D
alle drie zijn waar

Slide 12 - Quizvraag

Wie worden bedoeld met 'de naaste'?
A
mensen die in je buurt wonen
B
je vrienden
C
je vijanden
D
je medemensen

Slide 13 - Quizvraag

En nu dit:
  • Je leest zelf het bijbelverhaal goed door;
  • en dan maak je de vragen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Waarom vroeg de wetgeleerde aan Jezus hoe hij eeuwig leven kon krijgen?
A
Hij kende de Bijbel niet zo goed
B
hij was nieuwsgierig wat Jezus zou zeggen
C
Hij hoopte dat Jezus iets fouts zou zeggen
D
alle drie zijn waar

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het alledaagse in de gelijkenis van de Barmhartige Samaritaan?
A
Dat de jood halfdood wordt achtergelaten
B
Dat hij geen hulp krijgt van priester en leviet
C
Dat hij hulp krijgt van een vijand
D
A en B zijn waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het bijzondere in deze gelijkenis?
A
Dat die man halfdood wordt achtergelaten
B
Dat hij geen hulp krijgt van priester en leviet
C
Dat hij hulp krijgt van een vijand
D
B en C zijn waar

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de boodschap van deze gelijkenis?
A
Pas goed op jezelf als je op reis gaat
B
Heb je naaste lief, zelfs als het je vijand is
C
Zorg goed voor je volksgenoten
D
Priesters en Levieten zijn niet te vertrouwen

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Moeten de priester en de Leviet
de gewonde man helpen volgens de wet?
A
nee, want het gaat in de wet over ezels
B
nee, want het gaat in de wet over vijanden
C
nee, want ze zouden onrein worden als ze een bloedend iemand aanraken
D
ja, want wat voor ezels van vijanden geldt, geldt zeker voor de vijanden zelf

Slide 22 - Quizvraag

Denkvraag: Wat vind je ervan dat je iemand aan wie je een hekel hebt, tóch moet helpen als hij/zij dat nodig heeft, volgens Jezus? Zou je dat doen?

Slide 23 - Open vraag