Reis door de tijd: de Past Simple en Past Continuous

Reis door de tijd: de Past Simple en Past Continuous

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de Past Simple en Past Continuous correct gebruiken in zinnen en begrijpen wanneer je ze moet gebruiken.

Wat weet je al over de Past Simple en Past Continuous?

Wat is de Past Simple?

De Past Simple wordt gebruikt om over een voltooide actie in het verleden te praten. Het wordt gevormd door het werkwoord in de verleden tijd te zetten.

Vorming van de Past Simple

De Past Simple wordt gevormd door de stam van het werkwoord + de uitgang -ed (bij regelmatige werkwoorden). Bij onregelmatige werkwoorden verandert de vorm.

Wanneer gebruik je de Past Simple?

De Past Simple wordt gebruikt voor specifieke acties of gebeurtenissen die in het verleden zijn gebeurd en voltooid zijn.

Wat is de Past Continuous?

De Past Continuous wordt gebruikt om over een voortdurende actie in het verleden te praten. Het bestaat uit het werkwoord 'to be' in de verleden tijd + ww + ing.

Vorming van de Past Continuous

De Past Continuous wordt gevormd door het werkwoord 'to be' in de verleden tijd + het werkwoord + ing.

Wanneer gebruik je de Past Continuous?

De Past Continuous wordt gebruikt om te praten over een lopende actie in het verleden, vaak in combinatie met een andere actie.

Oefening: Vul de juiste vorm in

Vul de ontbrekende vorm van het werkwoord in, gebruikmakend van de Past Simple of Past Continuous.

Oefening: Vertaal naar het Nederlands

Vertaal de gegeven zinnen naar het Nederlands, waarbij je de juiste vorm van de Past Simple of Past Continuous gebruikt.

Signaalwoorden

Signaalwoorden zoals 'yesterday', 'last week', 'while' en 'when' kunnen aangeven wanneer je de Past Simple of Past Continuous moet gebruiken.

Oefening: Herken de signaalwoorden

Lees de zinnen en markeer de signaalwoorden die aangeven of de Past Simple of Past Continuous moet worden gebruikt.

Verhaal: Schrijf in de juiste tijd

Schrijf een kort verhaal waarbij je de juiste vorm van de Past Simple en Past Continuous gebruikt.

Oefening: Vul de juiste tijd in

Vul de ontbrekende tijd (Past Simple of Past Continuous) in de zinnen in.

Grammaticaregels

Herhaal de belangrijkste grammaticaregels voor de Past Simple en Past Continuous.

Oefening: Maak zinnen

Maak zinnen met behulp van de Past Simple en Past Continuous.

Oefening: Kies de juiste tijd

Kies de juiste tijd (Past Simple of Past Continuous) voor de gegeven zinnen.

Praktische toepassing

Beschrijf een praktische situatie waarin je de Past Simple en Past Continuous zou kunnen gebruiken in een gesprek.

Reflectie

Wat heb je vandaag geleerd over de Past Simple en Past Continuous? Wat vond je het meest uitdagend? Wat ga je nog oefenen?

Huiswerk

Maak de opgegeven oefeningen in je werkboek en schrijf een kort verhaal waarbij je de Past Simple en Past Continuous gebruikt.

Vragen?

Heb je nog vragen over de Past Simple en Past Continuous? Stel ze nu!

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.