Aantekeningen maken

Aantekeningen maken 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Aantekeningen maken 

Slide 1 - Tekstslide

Doel: 

Ik weet hoe ik perfecte aantekeningen moet maken.




Slide 2 - Tekstslide

Wanneer maak je
aantekeningen?

Slide 3 - Woordweb

Aantekeningen 

Aantekeningen maak je om dingen te onthouden. Je hebt een snel overzicht. 

Door aantekeningen te maken, activeer je je hersenen tijdens het kijken/luisteren. Je onthoudt informatie hierdoor beter.

Je maakt van de aantekeningen een korte tekst. 

Slide 4 - Tekstslide

Zijn de aantekeningen voor jezelf hetzelfde als voor iemand anders?
A
Nee
B
Ja

Slide 5 - Quizvraag

Aantekeningen maak je in steekwoorden. Gebruik tekens om verbanden aan te geven.

Je noteert alleen de belangrijkste informatie.

Niet te veel opschrijven! 

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdzaken 

In je aantekeningen komen de hoofdzaken te staan 
Hoe?  

  • onderwerp en deelonderwerpen
  • omschrijvingen
  • verbanden tussen zinnen
  • Afkortingen, getallen, streepjes 

Slide 7 - Tekstslide

Wat zet je niet in je
aantekeningen?

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Na het maken van aantekeningen maak je een lopende tekst van je steekwoorden. 
Door er een lopende tekst van te maken, activeer je je hersenen opnieuw. Zo kun je deze informatie makkelijker opslaan! 

  • alleen belangrijke info
  • korte maar krachtige zinnen 
  • iemand die het onderwerp niet kent, moet het begrijpen! 

Slide 10 - Tekstslide

Tips: 

  • Noteer altijd de datum en het vak! 
  • Zet een uitroepteken als iets heel belangrijk is. 
  • laat ruimte tussen notities. 
  • denk na over de wat, wanneer, waarom, wie, waar en hoe! Zo vergeet je niets
  • gebruik geen vakjargon>> dat vergeet je.
  • Gebruik afkortingen die je kent. 
  • trek pijlen als dingen met elkaar te maken hebben. 
  • gebruik je eigen tekens voor afkortingen. 

Slide 11 - Tekstslide

Weet je van te voren dat je vragen krijgt over een kijk-/luisterfragment?

 

  1. Lees eerst de vragen
  2. Noteer tijdens het luisteren het antwoord in steekwoorden. Werk de antwoorden daarna uit als dat nodig is
  3. Als je niet alles kunt volgen, blijf dan rustig. Belangrijke zaken worden vaak herhaald en tot slot nog eens samengevat. 

Slide 12 - Tekstslide

Verschillen? 

Slide 13 - Tekstslide

Welke is beter?
A
Links
B
Rechts

Slide 14 - Quizvraag

We kijken een filmpje. Jullie maken hier aantekeningen bij.

Dit filmpje gaan we kijken: 

Vergelijk jouw aantekeningen met die van degene naast je. Wat valt je op?

Slide 15 - Tekstslide