unit 2 Lesson 2 + 3

Hello
Workbook + Coursebook + pens 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hello
Workbook + Coursebook + pens 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Today...
  • Rules - in place so we can finisht the lesson (not done? finish exercises at home)
  • Grammar - comparisons + much/many (10 mins)
  • Reading (10 mins) 
  • Exercises (20 mins)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Vergelijken: Comparisons






1. BIG                    2. BIG______                       3. BIG________

Slide 5 - Tekstslide

Vergelijken: Comparisons (easy)
Vergrotende trap 
- er achter het bijvoeglijk naamwoord : smaller (than)
- more voor het bijvoeglijk naamwoord: more terrible (than)
Overtreffende trap
- est achter het bijvoeglijk naamwoord: (the) quickest
-more voor het bijvoeglijk naamwoord: (the) most terriblee
-er / -est : bij een lettergreep: quick, small, tall, fit, strange
- more/ -most: drie of meer lettergrepen: popular, terrible... 

Slide 6 - Tekstslide






First gold fish  _______________________ (small)
Second gold fish _______________________ (big) 





_______

Slide 7 - Tekstslide

Veel en weinig: MUCH / MANY
Much: veel + enkelvoud (niet tellen) ... time, money..
He doesn't have much money.


Many: veel + meervoud (tellen) ... animals, museums, cities
So many different animals in the zoo!

Slide 8 - Tekstslide

Reading
  • p. 22 - 23 Coursebook
  • p. 90 Vocabulary 
  • p. 50 (workbook): 7 - 8 - 10A - 11 - 12 AB (Finished - 13)

  • Which workmode applies to you now? 
  • Not finished? Finish at home. 


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Verleden tijd: Past simple
- when something happened in the past (yesterday, a year ago)
NL = how do you say that? 

I walk to the train station everyday, but yesterday I biked.
Present simple <-> past simple

Slide 11 - Tekstslide

Hoe maak je het: - ed achter ww
Walk _____; Talk_______; Bike_______; start_______; Miss_______

Slide 12 - Tekstslide

Vormen: 
Bevestigend: -ed        (+) allen voor bevestigend

I walk____ to the shop last night.
I start____ a new movie series yesterday.

Slide 13 - Tekstslide

Ontkennend
Use:  Did not (didn't)
I didn't walk to school yesterday. 


Let op! werkwoord: walk, talk, bike... (geen -ed)
Omdat DID NOT is op verleden tijd, je hoeft geen ed toe te voegen

geen -ed

Slide 14 - Tekstslide

Vragend: DID
Did I go to school? 
werkword - niks om te doen voor die (geen - ed)


Slide 15 - Tekstslide

All forms
I walked yesterday. ________________ (NL)
I did not walk yesterday.  ___________ (NL)
Did I walk yesterday? ______________ (NL)

Slide 16 - Tekstslide

Onregelmatige - learn by heart
P. 88 (coursebook)

Slide 17 - Tekstslide

Exercises:
  • read p. 55 (workbook)
  • 14 - 15 - 16 - 17 - 18 
  • Finished?  GOOGLE classroom
workmode

Slide 18 - Tekstslide