Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Dag 4 - THEMA 2 - Bellen en mailen
Thema 2: Bellen en mailen - D4
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Thema 2: Bellen en mailen - D4
Slide 1 - Tekstslide
'Nieuwe' woorden vandaag
krijgen (ww)
laat
luisteren (ww)
makkelijk
moeilijk
moeten (ww)
morgen
Slide 2 - Tekstslide
krijgen
(ww)
je mag iets hebben
gratis
krijgen <--> geven
TT - ik krijg. jij krijg
t
, wij
krijgen
VT - ik kr
ee
g, wij kr
e
gen
zin
:
Ik
krijg
een snoepje.
zin
: Zij
krijgen
een mooie pen.
22
Slide 3 - Tekstslide
laat
niet op tijd
(te) laat <--> (te) vroeg
zin
: Ik ben te
laat
op school.
zin
:
De docent gaat
laat
naar huis.
23
Slide 4 - Tekstslide
luisteren
(ww)
met aandacht horen
TT - ik luister, jij luister
t
, wij luisteren
VT - ik luister
de
, wij luister
den
zin
:
De leerlingen
luisteren
naar de docent.
zin
:
Ik
luister
graag naar muziek.
24
Slide 5 - Tekstslide
makkelijk(e)
kost weinig moeite
eenvoudig
niet moeilijk
makkelijk <--> moeilijk
zin
: Dit is een
makkelijke
som.
zin
:
Een zon tekenen is
makkelijk.
25
Slide 6 - Tekstslide
moeilijk(e)
kost veel moeite
lastig
niet makkelijk
zin
:
Dit zijn
moeilijke
sommen.
zin
:
Netjes werken is
moeilijk.
26
Slide 7 - Tekstslide
moeten
(ww)
nodig zijn
verplicht zijn
TT - ik moet, jij moet, wij
moeten
VT - ik moe
s
t, jij moe
s
t, wij moe
s
ten
zin
:
Wij
moeten
elke dag naar school.
zin
:
Ik
moet
goed mijn best doen.
27
Slide 8 - Tekstslide
morgen
de dag na vandaag
zin
:
Ik ga
morgen
verhuizen.
zin
:
Morgen
ben ik jarig.
28
Slide 9 - Tekstslide
Een ander woord voor 'krijgen' is ...
22
A
hebben
B
geven
C
doen
D
halen
Slide 10 - Quizvraag
Schrijf alle vervoegingen van het werkwoord 'krijgen' in de tegenwoordige tijd (nu).
ik ... , jij ... , hij/zij ... etc.
22a
Slide 11 - Open vraag
Schrijf alle vervoegingen van het werkwoord 'krijgen' in de verleden tijd (vroeger).
ik ... , jij ... , hij/zij ... etc.
22b
Slide 12 - Open vraag
De les begint om 8.30 uur, maar ik ben
er om 8:45 uur.
Ben je te laat of te vroeg op school?
23
A
te laat
B
te vroeg
Slide 13 - Quizvraag
Je bent te laat op school.
Wat is een goede reden?
23
Slide 14 - Open vraag
Vul het goede woord in:
Als je niet goed ... naar de docent mis je informatie.
(denk aan de goede vervoeging)
24
Slide 15 - Open vraag
Luisteren is ...
24
A
spreken met aandacht
B
horen met aandacht
C
schrijven met aandacht
D
praten met aandacht
Slide 16 - Quizvraag
Waar lees je de betekenis van
'(ge)makkelijk'?
25
A
Het eten was heel lekker.
B
Ik ruim mijn kamer nooit op.
C
Ik heb uren gestudeerd, maar ik weet de antwoorden niet.
D
Ik ben heel goed in wiskunde.
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de tegenovergestelde van
'makkelijk'?
25
A
slordig
B
moeilijk
C
heerlijk
D
eerlijk
Slide 18 - Quizvraag
Als je iets NIET makkelijk vindt, dan vindt je het ...
26
A
sportief
B
moeilijk
C
lekker
D
heerlijk
Slide 19 - Quizvraag
Maak een zin met het woord 'moeilijk'.
Gebruik minimaal vier woorden.
26
Slide 20 - Open vraag
Waar zie je hier het werkwoord 'moeten'
27
A
B
C
D
Slide 21 - Quizvraag
Ik ga eerst slapen.
Dan ga ik ... verder.
28
A
in 2024
B
morgen
C
gister
D
vandaag
Slide 22 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Woorden DISK thema 2 gemeente-morgen
Januari 2024
- Les met
17 slides
NT2
ISK
Disk Bellen en mailen 3 dag 4 & 5
September 2022
- Les met
10 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Dag 4 - bellen en mailen - roze
September 2023
- Les met
22 slides
Zinnen maken_PAARS
September 2023
- Les met
28 slides
NT2
Secundair onderwijs
vrijdag 16 september 2022
September 2022
- Les met
30 slides
NT2
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Thema 2 - dag 4
September 2023
- Les met
11 slides
NT2
Basisschool
Groep 1
Thema 2 - dag 4
Maart 2024
- Les met
11 slides
NT2
Basisschool
Groep 1
Thema 2 - dag 4
September 2024
- Les met
11 slides
NT2
Basisschool
Groep 1