Opdracht 2 klimaten | 2.3 Verschillende soorten klimaten

M&M H1
Opdracht 2 Klimaten | 2.3 Verschillende soorten klimaten
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

M&M H1
Opdracht 2 Klimaten | 2.3 Verschillende soorten klimaten

Slide 1 - Tekstslide

De leerdoelen van deze les zijn:

1. de verschillende klimaten benoemen en de kenmerken.

2. op de wereldkaart de klimaten op de aarde aanwijzen.



 

Slide 2 - Tekstslide

De wereld is verdeeld over verschillende soorten klimaten.

In het meest noordelijk en zuidelijke gebied van de aarde vind je het sneeuwklimaat. In de winter en de zomer is het er altijd zeer koud. Er groeien geen planten. Er leven o.a. ijsberen en poolvosjes.
In een koud gebied waar alleen mossen en lage struiken groeien zijn de winters lang en koud. Dit gebied heet toendra.

In een zeeklimaat zijn de zomers gemiddeld nooit erg warm en de winters nooit erg koud. Dit komt door het langzaam opwarmende zeewater en de wind die van zee komt voor zowel warmte als koelte en veel neerslag kan zorgen.

In een landklimaat heeft de wind minder invloed op het weer. In de zomer is het dan ook warmer en in de winter dan veel kouder dan in een zeeklimaat.

Slide 3 - Tekstslide

TIn warmere streken met meer gevarieerde plantengroei ligt bij de evenaar en is het tropisch regenwoud. Planten hebben om te groeien licht, warmte, voedingsstoffen en water nodig. In het tropisch regenwoud is dat allemaal steeds in overvloed aanwezig.  

Hoe verder je van de evenaar komt, hoe droger het wordt. Eerst kom je in de savanne. Een savanneklimaat heeft een korte droge tijd. En een regenseizoen. Je ziet er grasvlaktes en af en toe een boom.

Na het savanneklimaat zijn er gebieden met langere droge tijd en weinig neerslag, die gebieden heten steppe. Vaak groeit er alleen gras.

Het meest droge klimaat is die van de woestijn. Hier is het heel droog en warm overdag. In de nacht kan het er vriezen. Er groeien amper planten en leven alleen kleine dieren die goed kunnen overleven in de droogte.

Slide 4 - Tekstslide

1. Ga naar www.klimaatinfo.nl en zoek informatie over het weer in deze drie steden.
Zoek eerst Amsterdam:
- gemiddelde temperatuur in januari & juli
- gemiddeld aantal uren zon per dag in januari & juli
- gemiddeld aantal mm neerslag per maand in januari & juli


Slide 5 - Open vraag

2. Ga naar www.klimaatinfo.nl en zoek informatie over het weer in deze drie steden.
Zoek nu Davos:
- gemiddelde temperatuur in januari & juli
- gemiddeld aantal uren zon per dag in januari & juli
- gemiddeld aantal mm neerslag per maand in januari & juli

Slide 6 - Open vraag

3. Ga naar www.klimaatinfo.nl en zoek informatie over het weer in deze drie steden.
Zoek nu Warschau:
- gemiddelde temperatuur in januari & juli
- gemiddeld aantal uren zon per dag in januari & juli
- gemiddeld aantal mm neerslag per maand in januari & juli

Slide 7 - Open vraag

4. Schrijf drie redenen op waardoor het weer tussen deze drie steden verschilt.

Slide 8 - Open vraag

5. Sleep de juiste kenmerken bij de volgende klimaten:
Zeeklimaat
Landklimaat
Milde zomers
Warme zomers
Milde winters
Vooral veel regen
Koude winters
Sneeuw in de winter

Slide 9 - Sleepvraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 1: welk klimaat is het koudst? Welke kenmerken horen daarbij?

Slide 10 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 1: welk klimaat is het natste? Welke kenmerken horen daarbij?

Slide 11 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 1: welk klimaat is het warmst? Welke kenmerken horen daarbij?

Slide 12 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 1: welk klimaat is het droogst? Welke kenmerken horen daarbij?

Slide 13 - Open vraag

Leerdoelen check ingevuld?
Ga samen met je talking partner elkaars antwoorden controleren en verbeter elkaar.

Slide 14 - Tekstslide