8.1 conservatisme

Programma vandaag
Herhaling vorige lessen
Nieuwe leerdoelen
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma vandaag
Herhaling vorige lessen
Nieuwe leerdoelen

Slide 1 - Tekstslide

De industrialisatie zorgde o.a. voor veranderingen in het landschap. Leg dit uit.

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Modern imperialisme (aantek)
  • Een soort wedstrijd vanaf de 19e eeuw tussen de Europese landen waarbij zij probeerden zo veel mogelijk kolonies te stichten en hun rijk uit te breiden
  • Oorzaken:
  • Grondstoffen en afzetmarkt
  • Macht
  • Superioriteitsgevoel

Slide 4 - Tekstslide

Welke omschrijving past het beste bij cultureel nationalisme
A
besef dat een volk als eenheid sterker staat
B
nastreven van een democratische staat
C
het nastreven van een onafhankelijke staat
D
liefde voor het eigen volk met gemeenschappelijke gs, taal en cultuur

Slide 5 - Quizvraag

maak vraag 5 en 6 op blz. 160 van je boek

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdstuk 8 Politieke strijd en emancipatie
Circa 1800-1900
Hoofdstuk 8
Politieke strijd en emancipatie

Slide 7 - Tekstslide




Hoofdstuk 8 Politieke strijd en emanicaptie
8.1 conservatisme en politiek liberalisme

Slide 8 - Tekstslide

Restauratie
  • Periode tussen 1814 en 1830
  • Reactie op democratische revoluties met als doel: het herstellen van de 'oude' macht = ancien regime
  • Moest zorgen voor machtsevenwicht in Europa
  • voorbeeld: congres van Wenen
  • probleem, niet iedereen trok dezelfde conclusies

Slide 9 - Tekstslide

Restauratie
  • Niet iedereen trok dezelfde conclusie
  • 2 stromingen:
  • Conservatieven en liberalen 
  • wie denkt wat?

Slide 10 - Tekstslide

Onstaan van het Koninkrijk der Nederlanden 
  • 1795 - 1806: Bataafse Republiek
  • 1806 - 1810: Koninkrijk Holland olv Lod. Napoléon
  • 1810 - 1814: Holland ingelijfd door Frankrijk  
  • roep om orde en rust > 
  • koning Willem I (zoon stadhouder Willem V):
  • Start Koninkrijk der Nederlanden  1815


Slide 11 - Tekstslide

Staatinrichting Koninkrijk der Nederlanden
  • Op papier:
  • Centraal bestuur, overal zelfde wetten 
  • Constitutionele monarchie, grondwet! Ook de koning moet zich hieraan houden
  • Rechten  in de wet (drukpers, godsdienst)
  • Verkiezingen 
  • Parlement controleert koning en ministers 

Slide 12 - Tekstslide

Staatinrichting Koninkrijk der Nederlanden
  • In de praktijk
  • Koning kiest en benoemt ministers
  •  Koning kan parlement ontbinden
  • Verkiezingen voor tweede kamer indirect
  • Geen verkiezingen eerste kamer
  • Alleen rijke mannen mochten stemmen
  • Koning kon gebruik maken van koninklijk besluit

Slide 13 - Tekstslide

Koninkrijk der Nederlanden - opgericht

Slide 14 - Tekstslide

Voor 1848

  • Nederland en België
  • Centraal bestuur door 1 persoon (koning)
  • Invoering grondwet: constitutionele monarchie
  • Koning heeft veel macht
  • Parlement heeft weinig macht
  • Indirecte verkiezingen



Na 1848

  • Nederland
  • Koning blijft maar is onschendbaar
  • Nieuwe grondwet
  • Invoering ministeriele verantwoordelijkheid
  • Invoering grondrechten
  • Parlement krijgt meer macht
  • Directe verkiezingen 

Slide 15 - Tekstslide