H6 Voorzetsels en vaste voorzetsels

H6 Taalverzorging grammatica
Voorzetsels en vaste voorzetsels bij werkwoorden
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H6 Taalverzorging grammatica
Voorzetsels en vaste voorzetsels bij werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Je leert voorzetsels herkennen en gebruiken.
Je kan opzoeken welke vaste voorzetsels bij werkwoorden horen.
Je leert veelvoorkomende voorzetsels bij werkwoorden op de juiste manier gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

maar eerst: herhaling
de woordsoorten

Aantekeningen maken!

Slide 3 - Tekstslide

werkwoord
kenmerken?
hoe kun je het controleren?

Slide 4 - Tekstslide

lidwoord+zelfstandig nw
drie lidwoorden
namen van: mensen - dieren - planten - dingen - aardrijkskundige namen - eigennamen

Slide 5 - Tekstslide

bijvoeglijk naamwoord
zegt iets van zelfstandig nw.
meestal ervoor, soms erachter
'het-woorden zijn stiekeme e-vreters'
(de leuke jongen- een leuke jongen)
(het leuke meisje - een leuk meisje)

Slide 6 - Tekstslide

De jarige leraar heeft zijn lievelingsklas in de pauze op een suikervrij snoepje getrakteerd.
-noteer de lidwoord(en)-

Slide 7 - Open vraag

De jarige leraar heeft zijn lievelingsklas in de pauze op een suikervrij snoepje getrakteerd.
-noteer de/het zelfstandig naamwoord(en)-

Slide 8 - Open vraag

De jarige leraar heeft zijn lievelingsklas in de pauze op een suikervrij snoepje getrakteerd.
-noteer de/het werkwoord(en)-

Slide 9 - Open vraag

De jarige leraar heeft zijn lievelingsklas in de pauze op een suikervrij snoepje getrakteerd.
-noteer de/het bijvoeglijk naamwoord(en)-

Slide 10 - Open vraag

Voorzetsels
KGT - blz. 226

Slide 11 - Tekstslide

maar ook:
de kast
het feest

Slide 12 - Tekstslide

Het voorzetsel
Je kunt een voorzetsel voor een lidwoord en zelfstandig naamwoord zetten. 
Tijdens de zomervakantie, na de pauze, in de klas, met het elftal, door de regen, etc. 
Voorzetsels zijn onder andere:


Slide 13 - Tekstslide

Welk voorzetsels ken je al?

Slide 14 - Woordweb

De jarige leraar heeft zijn lievelingsklas in de pauze op een suikervrij snoepje getrakteerd.
-noteer de/het voorzetsel(s)-

Slide 15 - Open vraag

Scheidbare werkwoorden
uitpakken, uitleggen, inkopen, uitlachen, afdrogen, voordragen

De verkoopster pakt de cadeautjes allemaal netjes in.
In de lente maken de vogels hun nest. 

Slide 16 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak alle opdrachten in je schrift.
blz. 159-opdr. 5+6

Slide 17 - Tekstslide