Les 2: Kaartelementen

Welkom bij Aardrijkskunde! 
Startklaar:
  • Jas uit, tas op de grond
  • telefoon en oortjes weg
  • schrift en pen op tafel  
  • laptop dicht op tafel
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Aardrijkskunde! 
Startklaar:
  • Jas uit, tas op de grond
  • telefoon en oortjes weg
  • schrift en pen op tafel  
  • laptop dicht op tafel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
Programma

  • actualiteit & voorkennis
  • Uitleg nieuwe stof
  • Aantekeningen maken
  • Opdrachten maken
  • Doelencheck 
  • Begrippen of topo oefenen


Regels

  • Als de docent aan het woord is, ben je stil.
  • Vinger opsteken als je wat wil vragen / zeggen.
  • Docent wijst leerlingen aan om vragen te beantwoorden
  • Spullen niet in orde = nablijven en strafwerk


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEZEN 10 min
Lezen

Slide 3 - Tekstslide

https://www.nu.nl/klimaat/6303415/al-een-jaar-recordtemperaturen-in-oceanen-tekenen-dat-opwarming-versnelt.html?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F
Terugblik
Wat hebben we vorige week besproken?

Test jezelf! Maak de opdrachten alleen 

Pak je pen en papier voor de opdracht

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
1
2
3
Thematische kaart, overzichtskaart of plattegrond?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les
Terugblik
A                B                D                B        

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Lesdoel 
Vandaag gaan we leren over de belangrijkste onderdelen van een kaart en hoe je ze kunt gebruiken om informatie te begrijpen. 

We zullen ook ontdekken dat kaarten op verschillende niveaus gemaakt kunnen worden, van een kleine buurt tot de hele wereld.

Slide 8 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
      Lesdoel
Welke onderdelen zie je altijd terug op kaarten?

Waarom denk je dat ze belangrijk zijn?

Slide 9 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Voorkennis
1. De leerlingen weten wat een kaart is.

2. De leerlingen weten wat schaal is.

3. De leerlingen weten wat de windrichtingen zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen
Voorkennis
Kaart met schaal

Slide 11 - Tekstslide

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen
Voorkennis
Windrichting =
waar komt de wind vandaan

Slide 12 - Tekstslide

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen
Kaartelementen
               1. Noordpijl
              2. Legenda 
               3. Schaal 
              4. Titel

De pijl op een kaart die aangeeft waar het noorden is.



Een lijst op een kaart die de betekenis van symbolen en kleuren uitlegt.

De verhouding tussen afstanden op de kaart en de werkelijke afstanden.

De naam of beschrijving van de inhoud van de kaart.

Slide 13 - Tekstslide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Goede kaart?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afstand en schaal

Slide 15 - Tekstslide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Hoe groot is 1 cm in werkelijkheid?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot is 1 cm in werkelijkheid?
De schaal van 1:20.000.000 betekent dat 1 cm op de kaart gelijk staat aan 20.000.000 cm in de werkelijkheid. Om dit om te rekenen naar kilometers:

Eerst omrekenen naar meters:
20.000.000 cm = 200.000 meter (aangezien 1 meter = 100 cm).

Dan omrekenen naar kilometers:
200.000 meter = 200 kilometer (aangezien 1 kilometer = 1.000 meter).

Dus, 1 cm op de kaart is gelijk aan 200 kilometer in de werkelijkheid.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afstand en schaal
Absolute afstand = afstand in km 

Relatieve afstand = afstand in tijd, geld en moeite 
Door moderne technologie is de relatieve afstand kleiner geworden, terwijl de absolute afstand hetzelfde blijft. 

Slide 18 - Tekstslide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Schaalniveau
Uitzoomen




                                                                                      Inzoomen

Slide 19 - Tekstslide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Afstand en schaal
Lokaal
Regionaal
Nationaal
Continentaal
Mondiaal 

Slide 20 - Tekstslide

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
Vul de tabel in!
Voorbeeld
Soort kaart
Schaalniveau
Een kaart die de bevolkingsdichtheid in heel Europa toont
Een kaart van een stad die de ligging van scholen en parken weergeeft
Een kaart die de temperatuurverschillen over de hele wereld toont
Een kaart van een provincie die de belangrijkste wegen en rivieren toont

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controle van begrip:
Welke 4 kaartelementen moet je controleren wanneer je een kaart bekijkt?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Controle van begrip:
Hoe beïnvloedt de schaal van een kaart de hoeveelheid detail die je kunt zien?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Controle van begrip:
Je ziet een kaart zonder een noordpijl. Hoe
kun je nog steeds bepalen waar het noorden is?

Slide 24 - Open vraag

 In de meeste gevallen wordt op kaarten aangenomen dat de bovenkant van de kaart naar het noorden wijst
Controle van begrip:
Geef een voorbeeld van een kaart
op nationaal schaalniveau

Slide 25 - Open vraag

Antwoord 1: Breedteligging beïnvloedt de hoeveelheid zonnestraling die een gebied ontvangt. Gebieden dichter bij de evenaar (zuidelijke Verenigde Staten) ontvangen meer directe zonnestraling en zijn daarom warmer, terwijl gebieden verder van de evenaar (noordelijke Verenigde Staten) minder directe zonnestraling ontvangen en kouder zijn.
Antwoord 2: Hoogteligging beïnvloedt de temperatuur doordat de temperatuur gemiddeld met ongeveer 0,6°C daalt voor elke 100 meter stijging. In bergachtige gebieden zoals de Rocky Mountains betekent dit dat hogere delen koeler zijn dan de lagere delen.
Antwoord 3: Aanlandige wind brengt vochtige lucht van de zee naar het land, wat leidt tot meer neerslag en mildere temperaturen aan de westkust. Aflandige wind brengt droge lucht van het land naar de zee, wat resulteert in minder neerslag en grotere temperatuurschommelingen aan de oostkust.
Antwoord 4: De loefzijde van een berg is de kant waar de wind tegenaan waait en neerslag veroorzaakt doordat de lucht opstijgt en afkoelt. De lijzijde is de regenschaduwkant waar de lucht daalt en opwarmt, wat resulteert in minder neerslag en een droger klimaat.
     Kleine afsluiting
Noordpijl
Legenda
Schaal
Titel
Lokaal
Mondiaal
Nationaal
Continentaal
Regionaal
Absolute afstand
Relatieve afstand

Slide 26 - Tekstslide

Kleine lesafsluiting (5 min) 

Docent controleert begrip door opdrachten of vragen die de begrippen en vaardigheden van het lesdoel toetsen.

Leerlingen werken zelfstandig of in een groepje aan opdrachten, kunnen vragen stellen aan de docent maar werken grotendeels zelfstandig.

Controle van begrip vragen
Aan het werk!
  • We gaan zelf kaarten tekenen op verschillende schaalniveau's 
  • Iedereen maakt 4 kaarten op het werkblad
  • Let op: elke kaart heeft een andere schaal

Luister goed naar mijn instructies 

Slide 27 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Hokje 1
Schaal 1:1 (zo groot tekenen zoals het ook in het echt is!)

Leg je hand gedeeltelijk op het vierkant en traceer je vingers

Slide 28 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Hokje 2
Schaal 1:10


Ongeveer je hele tafeltje 

Slide 29 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Hokje 3 en 4 ??
Vul hokje 3 en 4 zelf in!

Schaal 1:100 en 1:100.000

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 : 1
1 : 10
1 : 100
1 : 100.000

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 : 1
1 : 10
1 : 100
1 : 100.000
Traceer je hand op ware grootte
Teken je tafeltje
Teken het klaslokaal.Dit betekent dat de contouren van het lokaal duidelijk zichtbaar zijn, maar meubels en details zoals tafels en stoelen zullen heel klein zijn.
De omgeving van hun school of wijk. Op deze schaal wordt het gebied rond de school sterk verkleind. Grote objecten zoals gebouwen en wegen worden kleine punten of lijnen, en het klaslokaal zelf is niet meer herkenbaar.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

     Grote afsluiting
Vandaag gaan we leren over de belangrijkste onderdelen van een kaart en hoe je ze kunt gebruiken om informatie te begrijpen. 

We zullen ook ontdekken dat kaarten op verschillende niveaus gemaakt kunnen worden, van een kleine buurt tot de hele wereld.

Slide 33 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Laatste 10 minuten oefenen!
Begrippen of topografie

Slide 34 - Tekstslide

Retrieval practice (10 min)
Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online
retrieval practice
https://quizlet.com/join/Rgu8QEZ9z?i=1fo1jg&x=1bqt

Slide 35 - Tekstslide

Retrieval practice (10 min)
Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online

Slide 36 - Link

Deze slide heeft geen instructies

      Topografie
Deze periode leer je het onderstaande:
De continenten en de oceanen 


Slide 37 - Tekstslide

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Zelf oefenen

Slide 38 - Tekstslide

Retrieval practice (10 min)
Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online

Slide 39 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
De __________ geeft aan waar het noorden ligt op een kaart.

De __________ helpt je de betekenis van symbolen en kleuren op een kaart te begrijpen.

Een __________ toont de verhouding tussen afstanden op de kaart en werkelijke afstanden.

Slide 40 - Tekstslide

Noordpijl
Legenda
Schaal
Zelf aan de slag
Het __________ van een kaart beschrijft waar de kaart over gaat.

Een kaart op __________ schaal toont veel detail van een klein gebied.

Een kaart op __________ schaal geeft een overzicht van een groot gebied, zoals een continent of de wereld.

Slide 41 - Tekstslide

Titel
lokale
mondiale
Zelf aan de slag
Voor een stadsplattegrond gebruik je een __________ schaalniveau.

Voor het weergeven van wereldwijde klimaatpatronen zou je een kaart op __________ schaalniveau gebruiken.

De __________ van een kaart is essentieel om de kaart correct te kunnen oriënteren.

Slide 42 - Tekstslide

lokaal
mondiaal
noordpijl
 Vraag 1
(R) 1 punt

Een kaart bevat verschillende elementen die belangrijk zijn om de kaart te kunnen lezen. Geef de vier belangrijkste kaartelementen die je altijd moet controleren.

Slide 43 - Tekstslide

Noordpijl, Legenda, Schaal, Titel
Vraag 2 
(T1) 2 punten


Kaarten kunnen op verschillende schaalniveaus worden gemaakt, afhankelijk van de hoeveelheid detail die nodig is. Leg uit waarom een lokale schaal meer detail toont dan een mondiale schaal.

Slide 44 - Tekstslide

Een lokale schaal toont meer detail omdat het een kleiner gebied in beeld brengt, waardoor kleinere objecten beter zichtbaar zijn. Een mondiale schaal toont een veel groter gebied, waardoor details verloren gaan om een overzicht te bieden van een groot geheel.
Vraag 3 
(T2) 2 punten

De schaal van een kaart bepaalt hoe je de afstanden en gebieden op de kaart interpreteert. Beschrijf een situatie waarin je een regionale schaal zou gebruiken en leg uit waarom dit passend is.

Slide 45 - Tekstslide

Een regionale schaal zou passend zijn voor het bestuderen van de geografie van een provincie of regio, omdat het meer detail biedt dan een nationale schaal, maar toch een breder overzicht geeft dan een lokale schaal. Dit is nuttig voor het plannen van regionale infrastructuur of milieubeheer.
Vraag 4 
(T1) 3 punten

Schaalniveaus zijn belangrijk voor het begrijpen van kaarten. Een kaart op lokaal niveau toont veel __________, terwijl een kaart op mondiaal niveau een groot __________ bestrijkt. Een nationale kaart toont een heel __________, en een regionale kaart toont een __________ van een land.

Slide 46 - Tekstslide

Een kaart op lokaal niveau toont veel detail, terwijl een kaart op mondiaal niveau een groot gebied bestrijkt. Een nationale kaart toont een heel land, en een regionale kaart toont een deel van een land.