In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wat is de titel van Thema 3?
Slide 1 - Woordweb
Thema 3: Ordening
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Hoe noemen we de onderverdeling in domeinen?
A
Rijken
B
Stammen
C
Groepen
D
Afdelingen
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Prokaryoten herken ik aan:
A
Ze hebben nooit een celkern
B
Ze hebben nooit een celwand
C
Ze hebben altijd bladgroenkorrels
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Eukaryoten herken ik aan:
A
Ze hebben altijd een celkern
B
Ze hebben altijd een celwand
C
Ze hebben altijd bladgroenkorrels
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Tekstslide
Hoe noemen we de hoofdgroep waar de bacteriën bij horen?
A
Prokaryoten
B
Eukaryoten
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
De eukaryoten bestaan uit chromista, protozoa, schimmels, planten en.......
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Een paard en een ezel kunnen samen nakomelingen krijgen. De nakomelingen van een ezel (hengst) en een paard (merrie) heten 'muildieren'. De nakomelingen van een paard (hengst) en een ezelin heten 'muilezels'. Muilezels en muildieren zijn niet vruchtbaar.
Behoren een ezel en een paard tot één soort?
A
Nee, want ze kunnen geen vruchtbare nakomelingen voortbrengen.
B
Ja, want ze stammen uit hetzelfde geslacht.
C
Ja, want ze kunnen vruchtbare nakomelingen voortbrengen.
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Organismen en hun DNA vertonen de meeste overeenkomst en verwantschap met elkaar wanneer ze tot dezelfde soort behoren.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Langs de kust worden krabben gevangen om door de mens te worden opgegeten. Er bestaan krabben met een dun pantser en krabben met een dik pantser. Mensen vangen alleen krabben met een dun pantser, omdat die makkelijker klaar te maken zijn.
Is het bestaan van krabben met een dun en met een dik pantser een voorbeeld van selectie of variatie?
A
Selectie
B
Variatie
Slide 22 - Quizvraag
Overeenkomst, variatie en selectie
Organismen binnen 1 soort die veel op elkaar lijken hebben overeenkomsten.
Verschillen tussen soorten noemen we: variatie.
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Sleep het juiste begrip naar de juiste omschrijving
Selectie
Overeenkomst
Variatie
Beter aangepaste soorten hebben een grotere overlevingskansen. Deze eigenschappen geven ze door aan hun nakomelingen:
Organismen binnen 1 soort die veel op elkaar lijken hebben......
Verschillen tussen soorten noemen we:
Slide 25 - Sleepvraag
Slide 26 - Tekstslide
Verwantschap
Hoe langer geleden twee soorten zijn ontstaan uit een gemeenschappelijke voorouder, hoe minder verwant ze zijn.
Hoe meer verwant soorten zijn, hoe meer overeenkomsten hun DNA vertoont.
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Welke soort is eerder ontstaan, soort 1 of soort 2?
A
Soort 1
B
Soort 2
Slide 29 - Quizvraag
Met welke nummer(s) zijn soorten aangegeven die uit soort 8 zijn ontstaan?
Slide 30 - Open vraag
Met welk nummer is de gemeenschappelijke voorouder van soort 6 en soort 7 aangegeven?
Slide 31 - Open vraag
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Dieren hebben als enige rijk binnen het domein van de Eukaryoten geen celwand
A
Juist
B
Onjuist
Slide 34 - Quizvraag
Slide 35 - Tekstslide
Hoe noem je in 1 woord het indelen van een organisme in gelijk helften?
Slide 36 - Woordweb
Noem zo veel mogelijk functies van het skelet
Slide 37 - Woordweb
Slide 38 - Tekstslide
Een pantser is een voorbeeld van een
A
Inwendig skelet
B
Uitwendig skelet
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Tekstslide
In een dierengids staat bij een foto de volgende beschrijving: 'De dieren zijn niet-symmetrisch. Ze hebben een skelet van stevige hoornvezels tussen de cellen en ze leven vastzittend op de bodem van de zee.'
Welke dieren zijn op de foto in de dierengids te zien?
A
Neteldieren
B
Sponsdieren
C
Weekdieren
D
Stekelhuidigen
Slide 41 - Quizvraag
Spongebob behoort tot de sponsdieren. Tot welke stam behoort zijn beste vriend Patrick?